NOS NieuwsAangepast

"Verhalen troostmeisjes belangrijk"

Ruim vijftig jaar lang wist maar één persoon wat Erna had meegemaakt: haar man Daan. Erna vond dat Daan recht had om te weten wat er met haar was gebeurd, zodat hij een afgewogen keuze kon maken of hij wel met haar wilde trouwen. Ze verplichtte hem zelfs tot een bedenktijd van een jaar, om nergens overhaast aan te beginnen.

De twee ontmoetten elkaar vlak na de Tweede Wereldoorlog in Maleisië. Erna was op de vlucht voor het geweld van de onafhankelijkheidsstrijd in Nederlands-Indië, Daan was uitgezonden als militair.

Al snel vertelde Erna aan Daan dat de Japanners haar als troostmeisje hadden misbruikt. Ruim twee maanden lang verkrachtten militairen haar vele keren per dag. Het seksueel geweld had ook tot een zwangerschap geleid en een primitieve abortus.

"Geknakte bloem"

"Het is een verhaal dat de mensen moeten weten", zegt Marguerite Hamer, de tweede persoon die Erna deelgenoot maakte van haar geheim, een halve eeuw later. "Het is belangrijk dat deze verhalen niet verloren gaan."

Hamer was jarenlang vertrouwenspersoon voor Nederlandse troostmeisjes en schreef het boek 'Geknakte bloem', dat deze week verscheen. Zij schat dat er zo'n 250 Nederlandse vrouwen zijn misbruikt door de Japanners. In totaal waren er in Japan en de door Japan bezette gebieden zo'n 200.000 troostmeisjes.

Hamer kan kort zijn over waarom het onderwerp nog altijd niet bespreekbaar is voor de troostmeisjes van toen. "Schaamte. Daarom hielden meisjes het zoveel mogelijk voor zich. De meesten hebben er gewoon nooit over gepraat".

Leed

Erna en Daan gingen terug naar Nederland. Daan hield zich niet aan de voorwaarde van Erna en zocht haar na een half jaar al op en kort daarna zijn ze getrouwd. Dat ze een gelukkig liefdesleven kenden, mag een wonder heten. Vaak eindigden huwelijken van troostmeisjes in een scheiding. "Er zijn ook vrouwen die zoveel ellende hadden meegemaakt, dat ze geen enkele man meer vertrouwden. Die zijn gewoon alleen gebleven," aldus Hamer.

Erna stopte het leed diep weg. Zelfs haar zoons wisten niet meer dan dat ze in een jappenkamp gezeten had. Op aandringen van Hamer onthulde ze haar geheim vlak voor haar dood, in een brief. "Ik heb haar gezegd dat het beter is dat je het toch vertelt aan je kinderen. Misschien komen ze er anders op een later moment achter. Dan kun je het beter zelf vertellen."

Dankzij de hechte band die Hamer met Erna opbouwde, kon zij haar ervan overtuigen haar verhaal aan de buitenwereld te vertellen. Erna gaf toestemming om haar op te nemen in het boek, maar onder strikte voorwaarden: het mocht pas na haar dood gepubliceerd worden en zelfs dan slechts onder een pseudoniem. Erna is dan ook niet haar echte naam.

NIOD-archief

De verhalen die Hamer verzamelde zijn opgenomen in het archief van het NIOD. Daar mogen ze pas in 2078 worden ingezien door het publiek. "Het is een stuk van de Nederlandse geschiedenis. Het is zo erg, dat men moet weten wat er gebeurd is."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl