Zuivelindustrie stimuleert economie

Zuivelbedrijven in Nederland merken niets van de crisis. Integendeel, ze zijn volop aan het investeren.

Begin 2015 zal het melkquotum, dat ooit werd ingevoerd om de melkprijs op peil te houden, verdwijnen. Boeren mogen dan weer zo veel melk produceren als ze willen. Veel melkveehouders zijn blij met de afschaffing van het quotum en bereiden zich voor op extra productie, net als de zuivelfabrieken. Dat betekent grotere stallen en grotere fabrieken.

Extra fabrieken

FrieslandCampina, de grootste zuivelonderneming van Nederland, maakt zich dan ook klaar voor het groeiende melkaanbod. Voor de bouw van nieuwe fabrieken en de uitbreiding van de productielijn heeft het bedrijf bijna een half miljard euro opzij gezet.

Ook kaasmaker Leerdammer is opnieuw aan het investeren. De investering van 11 miljoen euro, drie jaar geleden in de fabriek in Dalfsen, bleek niet voldoende. Nieuwe uitbreidingen staan op de agenda.

China investeert

De groeiende vraag naar Nederlandse zuivelmerken draagt ook bij aan de uitbreidingingsdrang. Zo bouwt kaasbedrijf Cono voor ruim 80 miljoen euro een nieuwe fabriek in Midden Beemster, en komt er in samenwerking met Chinese investeerders een babymelkpoederfabriek van XiaConsummate in Assen.

Landbouwdeskundige Ruud Huirne van de Rabobank verwacht dat het loslaten van het melkquotum een belangrijke invloed zal hebben op het evenwicht in de wereldwijde zuivelindustrie. "Verhoudingen zullen veranderen." Hij verwacht dat Nederland een leidende rol gaat spelen. "De zuivelindustrie is een cadeautje voor de Nederlandse economie."