'Topbestuurders gaan fors inleveren'

President Klaas Knot van De Nederlandsche Bank (DNB) moet op termijn bijna de helft van zijn salaris inleveren. Voorzitter Ronald Gerritse van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) raakt meer dan de helft kwijt. Ook veel andere topbestuurders gaan er de komende jaren op achteruit.

Dat blijkt uit onderzoek van De Volkskrant naar de topinkomens in de publieke sector. Per 1 januari mogen bestuurders in de publieke sector niet meer verdienen dan de balkenendenorm. Dat komt inclusief extra's en pensioenopbouw neer op een jaarinkomen van 228.000 euro.

Knot verdient nu 443.00 euro, Gerritse zit op 510.000 euro. Bestuurders die te veel verdienen mogen hun huidige salaris 4 jaar houden, maar moeten het daarna in 3 jaar tijd afbouwen.

Ver boven norm

Knot en Gerritse verdienen van alle topbestuurders van publieke bedrijven het meest, maar ook veel anderen zitten ver boven de norm. Derde grootverdiener is Wander Blaauw van de Zorggroep Noorderbreedte, met een jaarsalaris van 372.000 euro. Vierde is Paul Riemens van Luchtverkeersleiding Nederland met 358.000 euro, en vijfde bestuursvoorzitter Aalt Dijkhuizen van de Universiteit Wageningen met 346.000 euro.

Het is de vraag of alle topbestuurders gedwongen kunnen worden geld in te leveren. Bij mensen met een contract voor onbepaalde tijd, zoals Dijkhuizen, lijkt dat niet het geval. Knot is benoemd voor een termijn van zeven jaar. Als hij niet wil inleveren, maar wel wil worden herbenoemd, zou hij in 2018 gedwongen kunnen worden in te leveren.

Wet toepassen

Minister Dijsselbloem van Financiën bepaalt binnenkort hoe hij de wet precies gaat toepassen bij DNB en AFM. DNB wil nog niet reageren op het bericht. Een woordvoerder zegt dat de bank eerst de uitleg van de minister wil afwachten.

Het salaris van Knot is niet hoger dan dat van zijn collega's in het buitenland. Zijn Belgische collega verdient 520.000 euro, zijn Britse collega zit met 773.000 euro nog veel hoger.

In de krant zegt hoogleraar banken en financiën Harald Bennink: "Salarissen bij DNB en AFM zijn zo hoog, omdat de topmannen werken in de financiële sector. Daar moeten ze goede mensen aantrekken. Als een goede bankier zijn huis moet verkopen om in de publieke sector te kunnen gaan werken, loopt het fout".