Nederland olympische zege rijker

Nederland is, nog geen drie weken voor het begin van de 27ste Olympische Spelen in Londen, een olympische overwinning rijker.

Francois Brandt en Roelof Klein krijgen alsnog de eerste plaats toegekend die ze in Parijs in 1900 in het roeien behaalden.

Klein en Brandt roeiden destijds in de finale niet met hun stuurman Hermanus Brockmann, maar met een twaalfjarig Frans jongetje.

Het Internationaal Olympisch Comite kende de zege daarom toe aan een team met sporters uit meerdere landen. Nederland en Frankrijk konden de zege echter niet officieel meetellen. Op advies van het Nederlandse bedrijf Infostrada kent het IOC de zege alsnog toe aan Nederland.

NOC*NSF houdt het bij 100

NOC*NSF wijzigt de telling niet. Het houdt sinds de Spelen van 1920 in Antwerpen een eigen telling bij waardoor Nicolien Sauerbreij de winnares blijft van de honderdste Nederlandse gouden medaille.

Door de zege van de roeiers bestaan er nu, verzucht sporthistoricus Jurryt van der Voorn, vier telmethodes voor het aantal kampioenen: NOC*NSF zegt honderd, het IOC 101, het Olympisch Stadion heeft 103 titels genoteerd en sporthistoricus Ton Bijkerk houdt het op 108.

100 medailles, 101 titels

In 1900 werden er nog geen medailles uitgereikt, vandaar dat NOC*NSF de zege van Brandt en Klein niet meetelt. Het IOC telt titels: 101. Op de plaquettes in het Olympisch Stadion staan ook de namen van schilder Isaac Israels en architect Jan Wils, winnaars op de Kunstolympiade 1928, gegraveerd.

Bijkerk telt op historische gronden ook de vijf successen op de Internationale Wereldtentoonstelling van 1900 mee.