NOS NieuwsAangepast

Shell bevecht wantrouwen Alaska

Door correspondent Wessel de Jong

Shell staat op het punt proefboringen te gaan doen naar olie op de zeebodem van Alaska. De Nederlands-Britse oliemaatschappij heeft al bijna 4 miljard dollar uitgegeven aan pacht van percelen in de Tsjoektsjizee en Beaufortzee, allemaal poolwateren.

De verwachtingen zijn hoog gespannen van de oliereserves in deze Arctische wateren. De reserves zijn volgens sommige experts groter dan die in de Golf van Mexico. Pete Slaiby, de directeur van Shell Alaska, blijft voorzichtig: "De voorraden zijn groot, maar waarschijnlijk zijn de cijfers anders dan gedacht".

Eerder al heeft Shell proefboringen gedaan in dit gebied, dat was eind jaren tachtig, begin jaren negentig. Meer geavanceerde digitale analyses van de resultaten van toen hebben nieuwe inzichten gegeven, die een gunstiger beeld geven van de voorraden. Maar ook de olieprijs is nu hoger waardoor winning in dit moeilijke gebied nu wèl rendabel is, terwijl het dat twintig jaar geleden niet was.

Gecompliceerd

Offshore boren in Alaska geldt als bijzonder gecompliceerd door de aanwezigheid van ijs. Als één van de weinige oliemaatschappijen heeft Shell daar ervaring mee, in het Verre Oosten van Rusland, bij Sachalin. Ondanks alle expertise kan Shell niet zomaar aan de slag. Nog steeds wacht het op de laatste milieuvergunningen.

Het grote probleem bij offshore boringen in Alaska is de locatie van de verschillende putten. Die liggen op een week varen van de meest nabijgelegen haven, over vaak ruwe zeeën. Hulp is dus ver weg, mocht zich een olielek voordoen. Shell heeft daarom een eigen vloot van opruimschepen die op stand-by ligt in de noordelijke zeeën.

Een andere en minstens zo grote handicap handicap voor Shell is van historische aard. Offshore boren in de Verenigde Staten wordt na de olieramp van twee jaar geleden in de Golf van Mexico sterk gewantrouwd. In Alaska is de scepsis nog eens extra sterk, vanwege de ramp in 1989 met de olietanker Exxon-Valdez, die op de rotsen liep.

Eskimo's

De lokale bevolking, de eskimo's, bekijken de plannen met argusorgen. Ze zijn zich er zeer van bewust hoe kwetsbaar het ecosysteem is waarin zij wonen en waarvan ze afhankelijk zijn voor de jacht. "We willen onze manier van leven niet in gevaar brengen. De dieren zijn onze identiteit", zegt Steve Umitaq, de burgemeester van Point Hope, één van de eskimodorpen, dat zich het felst heeft verzet tegen de komst van Shell.

Zowel de experts als de eskimo's betwijfelen of Shell gelekte olie kan opruimen als die op of onder ijs terecht komt. Daarmee is nauwelijks ervaring. Vooralsnog boort Shell alleen in de zomer, wanneer de zee zo goed als ijsvrij is. Maar uiteindelijk is het wel de bedoeling om aan de slag te gaan, ook als de zee dicht is gevroren.

Walvissen

De eskimogemeenschap van Alaska is verscheurd. De Inuit zijn bang dat de olie hun walvissen zal verdrijven. Tegelijkertijd beseffen ze dat Amerika niet kan zonder olie.

Shell heeft de leiders van de dorpen aan kust van de ijszee kunnen overhalen geen rechtszaken aan te spannen tegen het bedrijf, die de boringen mogelijk voor vele jaren lam zouden hebben gelegd. In ruil voor deze vrede heeft het wel de ambities en het tempo naar beneden moeten bijstellen. "We gingen te snel", erkent directeur Slaiby, die goed heeft geluisterd naar de Inuit.

Als Shell mag gaan boren in juli en daadwerkelijk olie vindt, dan zal het nog zeker tien jaren duren voordat de productie echt begint, zo verwacht Robert Blaauw, projectleider Alaska bij Shell in Den Haag.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl