NOS NieuwsAangepast

Creatieve ondernemers floreren in broedplaatsen

Door redacteur Tamara Awwad

Een gebouw met "heel veel gekke mensen". Zo omschrijft architect Peter van Assche de culturele broedplaats Xpositron. Maar in het bedrijfsverzamelgebouw werken wel degelijk bloedserieuze ondernemers.

Van Assche is een van de honderd creatieve ondernemers en kunstenaars die hier een goedkope werkruimte huren. Andere huurders komen graag binnenvallen voor Peters goede koffie. En tijdens het koffiedrinken, brengen ze hem weer op nieuwe creatieve ideeën.

Ook ontwerper Olaf Wit profiteert van de samenwerking in de broedplaats. Het levert hem vooral tijdswinst op. Hij kan zo bij een van de fotografen in het pand aankloppen om een foto van zijn ontwerpen te laten maken. "Dankzij plaatsing op een blog, gingen de foto's en uitleg binnen een dag de hele wereld over. Daar kan een marketingafdeling niet tegenop." In ruil voor de foto, ontwierp hij weer een logo voor de fotograaf.

Goedkoper

In één pand zitten scheelt ook in de kosten. De ondernemers kunnen makkelijk spullen van elkaar lenen en van elkaars diensten gebruik maken. Als fotograaf Maarten van Houten een decor voor een foto nodig heeft, kan hij bij de meubelwerkplaats een plank laten zagen. Dat scheelt tijd en geld. "Dat zorgt er dan voor dat een klus net wél doorgaat, terwijl die normaal gesproken niet zou doorgaan als je het echt helemaal buiten de deur moet inkopen."

Eind jaren 70 en begin jaren 80 ontstonden zulke samenwerkingsvormen spontaan in kraakpanden. Voormalig pakhuis Het Veem is daar een voorbeeld van. Later zijn veel van deze panden ontruimd of gelegaliseerd. Uiteindelijk erkenden gemeenten het belang van deze subcultuur en zijn ze zich voor het behoud ervan gaan inzetten. En dus zijn er tegenwoordig nog maar weinig 'echte' vrijplaatsen, zoals het Amsterdamse ADM-terrein. De meeste broedplekken zijn intussen op de een of andere manier met gemeentebeleid verweven.

Wijd verspreid

De broedplaatsen zitten overal en nergens, niemand weet precies hoeveel er zijn. Het is wel duidelijk dat veel gemeenten er één hebben of willen hebben. Amsterdam spant de kroon met meer dan zeventig broedplaatsen. De hoofdstad heeft er jaren geleden zelfs een bureau voor opgericht. Rotterdam doet daar nauwelijks voor onder met ongeveer vijftig van dit soort panden. En in Den Haag zijn er ruim dertig te vinden. Utrecht heeft wel veel creatieve werkruimtes, maar echte broedplaatsen zijn er schaars.

Toch komen broedplaatsen zeker niet alleen in de Randstad voor. Je vindt ze bijvoorbeeld ook in Maastricht, Groningen, Tilburg, Almere, Leeuwarden. Nijmegen, Enschede en Arnhem.

Volgens Bureau Broedplaatsen is er bij gemeenten nog altijd interesse voor deze initiatieven. Maar omdat veel gemeenten de komende jaren moeten bezuinigen, is het lastig om er geld voor te reserveren. Ook in Amsterdam zijn er daardoor de afgelopen jaren minder van dit soort panden bijgekomen. Dit jaar trekt het overigens weer wat aan. Inmiddels hebben gemeenten zoals Amsterdam en Rotterdam hun rol bij het realiseren van broedplaatsen verkleind.

Zonder subsidie

Overigens zijn er nog steeds kunstenaars en ondernemers die zonder, of met zo min mogelijk subsidie, een broedplaats willen beginnen. Dat doen ze met eigen middelen of een lening bij de bank. Dat geldt bijvoorbeeld voor ontwerp- en bouwbedrijf Stortplaats van Dromen.

Zakelijk directeur Boudewijn Rijff laat weten dat een lening bij de bank lastig te krijgen is, omdat je net als andere ondernemers in één keer met veel geld en garanties op de proppen moet komen. Als aanvulling probeert hij met crowdfunding geld van particuliere investeerders bij elkaar te sprokkelen.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl