NOS SportAangepast

Oranje-teams als favoriet naar EK hockey

door commentator Philip Kooke

Ontegenzeggelijk hebben de bondscoaches Paul van Ass en Max Caldas in hun eerste jaar vooruitgang geboekt.

Een garantie voor Olympisch succes volgend jaar is dat nog niet, maar er waait wel degelijk een frisse wind rond de nationale teams.

Olympische kwalificatie zal in Mönchengladbach door beide ploegen probleemloos worden afgedwongen. Van de vrouwen wordt de Europese titel verwacht (net als in 2009), de mannen snakken naar de eerste titel van belang sinds het EK in Manchester in 2007.

Onverwacht bericht Caldas

Voor de trouwe schare hockeyvolgers kwam het bericht volkomen onverwacht een paar weken geleden: bondscoach Max Caldas nam de ervaren Wieke Dijkstra niet op in de selectie voor dit EK.

Op de persconferentie waarop deze selectie werd bekendgemaakt, bedoeld om deze keuzes toe te lichten, wilde Caldas hiervoor geen inhoudelijke motivatie geven. Nou ja, na enig aandringen van collega's van mij meldde Caldas dat hij niet tevreden was over een aspect van Dijkstra's spel. Welk aspect? Daar moesten we naar raden.

Deze non-verklaring geeft speculaties of Caldas op langere termijn nog wel toekomst ziet in Dijkstra. Hoe men ook over de recente vorm van Dijkstra denkt, niemand zal met droge ogen kunnen beweren dat Wieke Dijkstra nu al van minder kaliber is dan, bijvoorbeeld, de wel geselecteerde talenten Daphne van der Velden, Merel de Blaey of eerste reserve Caia van Maasakker.

Het is raadselachtig waarom Caldas zich zo verkrampt uitlaat in het openbaar over doodnormale keuzes die elke bondscoach dient te maken. Caldas is namelijk wel degelijk op de goede weg, al is zijn taak vanwege het gigantische verwachtingspatroon niet eenvoudig.

Voornaamste verdienste

De voornaamste verdienste van Caldas is dat hij na een klein jaar het aantal potentiële A-internationals heeft vergroot van ongeveer 24 tot een slordige 35 speelsters. Het verschil tussen de internationals en de goede clubspeelsters, een zorgwekkend probleem in de afgelopen jaren, is effectief verkleind dankzij de visie van Caldas (en de bond). Dit zorgt voor meer concurrentie tussen de speelsters, onderlinge verhoudingen worden opnieuw op scherp gezet, en jonge talenten hebben nu sneller het gevoel dat de weg naar de top niet geblokkeerd wordt door een machtsblok.

De groep die het EK zal gaan spelen zal vrijwel zeker op enige plaatsen gaan verschillen van de Olympische selectie van volgend jaar. De speelsters zijn bij het EK nog nadrukkelijker dan normaal medespeelsters en concurrenten van elkaar. Naast Engeland plaatsen nog twee landen zich rechtstreeks voor de Spelen. Dat kunnen alleen maar Nederland en Duitsland zijn, enig ander resultaat zou verbazingwekkend zijn.

Als Nederland verrassend zijn Europese titel zou verspelen kan dit ook gunstig uitpakken. Vier jaar geleden verloor Nederland de finale van Duitsland: een nederlaag die het begin bleek te zijn van een onoverwinnelijke reeks wedstrijden, met goud in Peking als eindpunt.

Hoge uitgangswaarde Van Ass

Mannenbondscoach Paul van Ass debuteerde vorig jaar met de Champions Trophy in Mönchengladbach. Het werd een merkwaardig, wisselvallig toernooi. Belabberde resultaten, slordige fouten en een onverklaarbare sloomheid werden afgewisseld met klinkende zeges, verbluffende aanvallen en onverwachte slimmigheden. Wie vond dat Nederland daar goed speelde, kon zijn gelijk daar aantonen. Wie vond dat Nederland daar teleurstelde evenzeer.

Hoewel Van Ass sindsdien alleen maar oefenwedstrijden heeft gespeeld, is de conclusie gerechtvaardigd dat het Nederlands team nu veel attractiever speelt. Minstens drie keer per interland word het publiek getrakteerd op kop-over-kop combinaties waar de vonken vanaf vliegen.

Het tintelt rond het Nederlands herenteam: iedereen wil er dolgraag bijhoren. Er is een jeukend gevoel ontstaan dat er binnenkort wel eens iets heel bijzonders kan gaan gebeuren. Dan doel ik niet op het achterhalen van Duitsland en Australië op de wereldranglijst. Dat kan straks een bijkomend voordeel worden van fris spelen.

Van Ass propageert hockey met zo'n hoge uitgangswaarde - zoals Yuri van Gelder hoog inzet bij zijn ringenoefening - dat hij met zijn team straks schitterend kan triomferen, maar ook al even schitterend vijfde kan worden in Londen. Maar een dergelijke durf en moed geeft het Nederlandse hockey tenminste smoel.

Van Ass bewijst hockeysport dienst

Publicitair doet Van Ass het ook goed. Hij is het type coach dat tegen zijn spelers na een slechte wedstrijd zegt: "Vertel maar gewoon aan iedereen dat het vandaag niet om aan te zien was." Het is verademend eerlijk. Ook als hij moeilijke keuzes moet maken - laat ik Jaap Stockmann of Klaas Veering keepen? - gaat hij geen vraag uit de weg. Hij deelt zelfs zijn twijfels met u en ik, zonder aan gezag in te boeten. En Veering en Stockmann mogen zelf ook antwoorden, en niet eens in de gebruikelijke clichés. Zo bewijst Van Ass de hockeysport een grote dienst.

Van Ass liet zich twee weken geleden ontvallen dat het wel weer eens tijd wordt voor een titel. Hij heeft geduchte concurrenten. Voor de drie beschikbare Olympische plekken, naast organisator Engeland, komen Nederland, Duitsland, Spanje en ook België in aanmerking. Ja, let op België. De hockeyduivels zijn lekker bezig.

Van Ass laat ons hockeyvolgers weer nieuwsgierig worden naar topwedstrijden. Daar heeft het in het verleden wel eens aan ontbroken.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl