Wereldrecordregen op eerste dag WK kortebaan, drie Nederlanders veroveren finaleplaats
Op de eerste avond van de WK kortebaan zwemmen in Boedapest is het ene na het andere wereldrecord gesneuveld. Liefst zes mondiale toptijden werden gebroken.
Summer McIntosh zette de toon door in de eerste finale van de WK het wereldrecord op de 400 meter vrije slag te verbeteren. De 18-jarige Canadese, die als topfavoriete op het startblok stond in de finale, dook met 3.50,25 liefst 1,05 onder het wereldrecord van Li Bingjie uit 2022.
Kate Douglass verraste in de finale van de 200 meter wisselslag. De 23-jarige zwemster uit de Verenigde Staten klokte in de finale 2.01,63 en was daarmee sneller dan het oude record (2.01,86) dat sinds 2014 op naam stond van de Hongaarse Katinka Hosszu.
Records 50 meter vlinderslag
In de halve finales van de 50 meter vlinderslag sneuvelde het wereldrecord ook bij zowel de mannen als de vrouwen. Noè Ponti liet zien een klasse apart te zijn. De 23-jarige Zwitser was met 21,43 seconden 0,07 sneller dan de vorige mondiale toptijd, die ook op zijn naam stond.
De Amerikaanse Gretchen Walsh tikte aan in 23,94 seconden en was de eerste vrouw op de kortebaan die op deze afstand sneller is dan 24 seconden. Ze verbeterde het wereldrecord, dat ze zelf enkele uren eerder in de series had neergezet: 24,02.
Douglass en Walsh waren met het Amerikaanse team ook in de finale van de 4x100 meter vrije slag sneller dan het wereldrecord. Het kwartet uit de Verenigde Staten, met naast Douglass en Walsh Katharine Berkoff en Alex Shackell, voltooide het estafettenummer in 3.25,01. Het vorige wereldrecord stond op 3.25,43.
Ook de Amerikaanse mannen waren op het estafettenummer 4x100 meter sneller dan een land ooit geweest is. Jack Alexy, Luke Hobson, Kieran Smith en Chris Guiliano doken met 3.01,66 ruim sneller dan het wereldrecord dat op 3.02,75 stond.
Voor Nyls Korstanje was er dinsdagavond niet opnieuw een record, nadat hij vanochtend het Nederlands record in de series van de 50 meter vlinderslag had aangescherpt tot 21,62. 's Avonds was hij met 21,81 langzamer, maar wel ruim snel genoeg om een finaleplaats veilig te stellen.
Bij de vrouwen veroverden Tessa Giele met 24,68 en Tessa de Waard met 24,76 ook een finaleplaats. Voor beiden was dat een persoonlijk record.
De Waard redde het niet op de 100 meter rugslag. Ze zette met 56,94 de in totaal twaalfde tijd neer in de halve finales, waar een plek in de top acht nodig was voor een finaleplaats. Daar bleef ze 0,77 seconden van verwijderd. Voor drievoudig Europees kampioene Kira Toussaint waren de series al het eindstation.
Tiener McIntosh
McIntosh greep met het goud in Boedapest haar vijfde individuele wereldtitel, maar pas de eerste op de kortebaan. Ze nam direct de leiding en was uiteindelijk 3,48 sneller dan de Australische Lani Pallister, de titelhoudster.
De jonge McIntosh imponeerde ook al bij de Olympische Spelen in Parijs, waar ze er met drie keer goud en één keer zilver vandoor ging. Die zilveren plak was overigens op de 400 meter vrije slag, maar de winnares van de race, Ariarne Titmus uit Australië, was er nu niet bij.
De 23-jarige Douglass was op de Spelen tweede geworden op de 200 meter wisselslag achter McIntosh, die op de WK kortebaan dit onderdeel oversloeg.
Douglass veroverde in Boedapest haar twaalfde wereldtitel (acht op de kortebaan). De titelverdedigster was 1,02 sneller dan haar landgenote Alex Walsh, die het zilver kreeg omgehangen.