Ook onder Filipijnse president Marcos gaan drugsmoorden van de politie door
Op een septembernacht stapte Milagros Rodriguez haar bed uit om naar de wc te gaan. Toen ze de trap af kwam, zag ze in haar uiterst bescheiden huiskamer in een arme buitenwijk van Manila haar volwassen zoon Alexis op de bruine plastic bank zitten. Met een man en een vrouw naast hem en een man tegen de muur geleund.
"Ik kende ze niet. Maar mijn zoon is sociaal en neemt wel vaker mensen mee. De man tegen de muur zei nog vriendelijk goedemorgen." Dus dacht Milagros er niet zoveel van. Maar toen ze even later in bed lag, hoorde ze vijf schoten. "Ik wilde naar beneden, maar ik was doodsbang."
De vriendelijke man tegen de muur bleek een drugsagent te zijn. Hij schoot op de man en vrouw, die later drugsdealers bleken te zijn, en op Milagros' zoon Alexis. Die stond bij de politie geregistreerd als een druggebruiker. Alleen de vrouw overleefde de schietpartij. De agent zei achteraf dat hij simpelweg zijn werk had gedaan.
"Ja", snikt Milagros. "Hij gebruikte vroeger drugs. Maar als hij gezondigd heeft, gooi hem dan in de gevangenis. Maak hem dan niet dood." Het verbaast haar dat het na de drugsoorlog van president Duterte nog steeds gebeurt. Want president Marcos had een andere aanpak aangekondigd.
Geen drugsoorlog meer, maar de 'grote vissen' aanpakken. "We moeten de jongeren beter onderwijzen. En degenen die al verslaafd zijn behandelen. Dat is een betere weg naar rehabilitatie," zei de president anderhalf jaar geleden in een interview, vlak na zijn aantreden.
Tienduizenden doden
Toch vallen er nog elke dag drugsdoden. "Bijna één per dag," zegt Joel Ariate van de onderzoeksgroep Dahas. Omdat de overheid geen goede cijfers geeft over het aantal drugsdoden in de Filipijnen, speurt hij met andere wetenschappers documenten en mediaberichten af om tot een realistisch cijfer te komen.
Zo kwam hij kwam tot een verrassende conclusie: "Er is nauwelijks verschil tussen het beleid van president Duterte en Marcos. Sterker nog, in het eerste jaar van Marcos vielen er 40 meer dan het laatste jaar van Duterte."
342 om precies te zijn, de helft buitenrechtelijk gepleegd door politieagenten. En dat terwijl de Filipijnen in de periode van Duterte in het verdomhoekje zaten voor de drugsoorlog. Die zorgde voor zeker duizenden en in sommige schattingen tienduizenden doden. En een uitleveringsverzoek van Duterte naar het Internationaal Strafhof in Den Haag, voor mogelijke mensenrechtenschendingen.
Bloedige aanpak
Ondanks zijn ambitie om van die drugsoorlog af te komen, krijgt Marcos de politie dus niet in toom. "Die vallen ook onder de verantwoordelijkheid van lokale overheden. En na de verkiezing van Marcos zag een verschuiving waar de drugsdoden vallen. Eerst vooral in Manila. Nu in Davao, de stad waar de zoon van Duterte burgemeester is," aldus Ariate.
Sommige lokale bestuurders, zoals de zoon van Duterte, willen vasthouden aan de bloedige aanpak van drugsdealers en gebruikers. Marcos zou ze weer in toom kunnen krijgen door de regelgeving af te schaffen die de drugsoorlog ooit mogelijk hebben gemaakt. "Maar alle politiemaatregelen uit de tijd van president Duterte zijn nog intact. Als de lokale overheden niet gedwongen worden te veranderen, kunnen politieagenten gewoon hun gang gaan."
Het antwoord op de vraag waarom, is politiek. Dus net zo complex, als simpel. Duterte was een bondgenoot van Marcos in de verkiezingen. Zijn dochter Sarah was zijn running mate en is nu vicepresident. Als Marcos het gevecht zou aangaan met de zoon Duterte in Davao zou hij onder meer de machtige Duterte-familie tegen zich in het harnas jagen.
"Dat gevecht zou hem te veel politiek kapitaal kosten." Ariate trekt daarom een voor hem pijnlijke conclusie: "Ik ben bang dat één dode per dag gewoon een acceptabel aantal doden is voor de president." Ook Milagros is heel teleurgesteld. "Marcos had beloofd dat het niet meer zou gebeuren, maar nu is mijn zoon dood."
Voor haar zijn die doden niet acceptabel. Ze is een rechtszaak begonnen tegen de politieagent. "Ze hebben me gevraagd mijn zaak te stoppen." De politie is zelf een onderzoek naar de dood van Alexis begonnen. "Maar ik ga door. Mijn gevecht is om de politie te laten zien dat je niet moet doden omdat het kan. Ik vecht voor de anderen die kinderen hebben verloren en niet tegen ze durven te vechten."