WOII-vlieger André Hissink (104) overleden: 'Ik heb gezwijnd'
WOII-veteraan André Hissink is op 104-jarige leeftijd overleden. Hij was de laatste nog levende vlieger van het 320 Dutch Squadron van de Britse Royal Air Force (RAF). Hissink heeft ruim zestig missies gevlogen boven onder meer Frankrijk, Nederland en Duitsland tijdens de oorlog.
"Je heb gezwijnd!". Zo blikte Hissink terug op zijn oorlogsjaren in een interview met de NOS in 2022, doelend op het geluk dat hij had de oorlog te overleven. Hij woonde de laatste jaren in Canada en is daar op nieuwjaarsdag overleden. Defensie heeft zijn dood vandaag bekendgemaakt.
Hissinks oorlogsjaren zouden zo verfilmd kunnen worden. Hij maakte het bombardement mee op Rotterdam in 1940, vluchtte naar Engeland, ging met de Nederlandse marine naar Java, werd opgeleid tot vlieger in de Verenigde Staten en heeft vervolgens vanuit Groot-Brittannië tientallen oorlogsvluchten uitgevoerd. Hij stortte neer bij het offensief in de Ardennen, maar overleefde die crash.
Nederlanderschap terug
Twee jaar geleden was de veteraan in het nieuws omdat hij zijn Nederlandse nationaliteit terugkreeg. "Het voelt voor mij alsof iets eindelijk is rechtgezet", reageerde hij destijds opgelucht per telefoon. Hij had zijn Nederlanderschap in 1953 opgegeven om in dienst te kunnen treden bij de Nieuw-Zeelandse luchtvaart.
Hissink had zich gedwongen gevoeld tot dat zware besluit. Aanvankelijk vloog hij na de oorlog voor KLM, zo vertelde hij, maar hij werd na enkele jaren ontslagen. "Er werd gezegd: er is malaise en er zijn te weinig passagiers, je moet weg. Dat was een klap in mijn gezicht."
Biertje drinken met Duitse veteraan
Vervolgens is hij naar Nieuw-Zeeland gegaan, waar hij wel aan de slag kon in de burgerluchtvaart. Jarenlang heeft hij dat werk gedaan. Op een gegeven moment kwam hij in gesprek met een Duitse collega, ook een WOII-veteraan. Ze bleken te hebben gevochten op dezelfde plek in 1944.
"Daar zat ik tot mijn verbazing samen met een voormalige vijand een biertje te drinken. Jij viel mij aan, en ik viel jou aan, maar wat deden we nou eigenlijk? We hebben elkaar excuses aangeboden en geproost."
Zo'n verzoenend gesprek was aan het begin van de oorlog nog compleet ondenkbaar voor Hissink. Hij was woest toen hij de vlammenzee zag in het centrum van Rotterdam, waar hij verbleef in afwachting van zijn vliegopleiding in militaire dienst.
"Ik heb nog nooit in mijn leven zó'n heftige brand meegemaakt", vertelde de veteraan. Hij nam zichzelf voor: ik ga wraak nemen.
Kort na het bombardement lukte het Hissink met twee vrienden aan boord te raken van een Brits marineschip. Het schip lag aangemeerd aan de kust, aldus de veteraan. "Mogen we aan boord?". Na lang aandringen gaf de kapitein toestemming. De bemanning voer inclusief Hissink en zijn vrienden naar Engeland.
"De Nederlandse regering was stomverbaasd. We waren de eerste militaire vluchtelingen uit Nederland." Vervolgens werd Hissink gedetacheerd bij de Koninklijke Marine. In augustus 1940 vertrok hij per schip naar Nederlands-Indië. Hij keerde terug naar Batavia, de plek waar hij op 1919 was geboren. "Daar ontmoette ik mijn familie weer."
Op Java werd hij getraind tot waarnemer in de luchtvaart. Ook trouwde hij er met zijn Britse vriendin, schrijft Defensie in het bericht over Hissinks overlijden. Uiteindelijk vertrok de militair in 1942 naar de VS. In Jackson Mississippi voltooide hij zijn opleiding bij de Royal Netherlands Military Flying School.
Navigator aan boord van bommenwerper
In de lente van 1943 keerde hij terug naar het Verenigd Koninkrijk. Daar werd hij geplaatst in het 320 Dutch Squadron bij de RAF. "Wij waren een groepje Hollandse jongens van overwegend tussen de 20 en 25 jaar oud. En als je dat werk deed, leerde je elkaar en elkaars angsten heel goed kennen."
De Nederlander was navigator aan boord van een B-25-bommenwerper. Hissink verloor vele collega's. "Als we gingen vliegen, verloren we elke keer wel een vriend." Uiteindelijk bleef hem dat lot bespaard. Voor zijn tientallen oorlogsvluchten kreeg Hissink het Vliegerkruis uitgereikt.
Het overlijden van de 104-jarige Hissink betekent nog niet het einde van de Nederlandse Engelandvaarders. Er is voor zover bekend nog een overlevende: Ellis Brandon, die vorig jaar honderd jaar werd. "Naar ons weten is dat de laatste levende Engelandvaarder", zegt Udo Padding van Museum Engelandvaarders.
Koning Willem-Alexander, koningin Máxima en prinses Beatrix laten weten Hissink met groot respect te herdenken. "De moedige inzet van hem en ál zijn mede-Engelandvaarders voor onze vrijheid stemt ons dankbaar en blijft in onze herinnering."