NOS Nieuws

Wangedrag door 'topsport'? 'Bij Barend & Van Dorp bestond dit niet'

"Dit programma is topsport op het scherpst van de snede", reageerde toenmalig VARA-directeur Frans Klein in 2010 op berichten dat er een angstcultuur zou heersen bij De Wereld Draait Door. Hij zei zelfs trots te zijn op die mentaliteit. Het argument dat er onder hoge druk gepresteerd moest worden en dat de 'harde sfeer' zou hebben bijgedragen aan het succes van het programma, is een veelgehoorde reactie.

Het roept de vraag op: is het voor een dagelijkse talkshow te begrijpen of zelfs noodzakelijk om je als leidinggevende zo te gedragen? Nee, zeggen (ervarings-)deskundigen.

"Er komt veel spanning en emotie bij kijken, maar dat is in geen geval een reden om mensen te kleineren", zegt Bert van der Veer. De mediadeskundige werkte jarenlang als regisseur van de succesvolle programma's Barend & Van Dorp en Pauw & Witteman.

"Frits Barend zei ooit dat het indelen van je tijd rond een talkshow het moeilijkst is. Je moet je rust nemen, misschien een mislukte uitzending van de dag ervoor verwerken en tegelijkertijd moeten er nog gasten voor de uitzending van vandaag worden geregeld."

Presentator is bepalend

Over hoe een verziekte sfeer kan ontstaan is de tv-regisseur uitgesproken. "Dan moet je kijken naar de top van de apenrots. In de meeste gevallen is dat toch de presentator, die is bepalend. Bij Barend & Van Dorp bestond zoiets echt niet. Daar hing altijd een ongelooflijk gemoedelijke sfeer. En bij Pauw & Witteman hoorde ik hoogstens geschreeuw als iemand per ongeluk met zijn vinger tussen de deur was gekomen. Daar verliep ook alles in alle redelijkheid."

Chris (niet zijn echte naam) kan dat beamen. Hij liep ruim tien jaar geleden stage bij Pauw & Witteman. In die tijd trokken DWDD en P&W dagelijks een vergelijkbaar aantal kijkers. De druk kon ook bij P&W flink oplopen, maar de oud-stagiair herinnert zich geen ruzies of extreme uitbarstingen. "Het was een hele leuke plek om te werken, ik heb er veel geleerd en er hing een gezellige sfeer."

Dat laatste kwam volgens Chris voor een belangrijk deel door presentator Jeroen Pauw, "een heel aardige man". "Redacteuren hadden volgens mij iets meer zenuwen over Witteman, die toch een beetje gold als een strenge vader." Van angst of een nare sfeer was in ieder geval geen sprake, zegt hij.

Zowel DWDD als P&W werd uitgezonden vanuit de studio's in de Westergasfabriek in Amsterdam. De redacties grensden aan elkaar, signalen over de nare werksfeer bij DWDD sijpelden regelmatig door naar de buren. Bovendien werkten meerdere redacteuren, regisseurs en technici bij beide programma's. "Er werd vaak gezegd hoe verschrikkelijk het daar was en dat zij duizend keer liever bij P&W werkten dan bij DWDD", aldus Chris.

'Lastig om aan de bel te trekken'

Waarom het zo lang door kon blijven gaan? Volgens het Volkskrant-artikel, waarmee de affaire begon, speelden kortlopende arbeidscontracten mee - die overigens gebruikelijk waren bij talkshows - en de status van het programma. Van der Veer onderstreept dat. "Een jaartje DWDD is goed voor de rest van je carrière. Daarbij speelt ook mee dat mensen 'hypotheekangst' hebben en met tijdelijke contracten werken. Dat maakt het allemaal lastig om aan de bel te trekken."

Ook de omroepbazen grepen niet in. "In het stuk in de Volkskrant staat dat mensen van de directie in de studio zijn geweest. Maar die kwamen alleen om te applaudisseren en wat te eten na de uitzending. Ik heb nooit een waakhond gezien."

Dat heeft opnieuw alles te maken met de afhankelijkheid van de presentator, legt Van der Veer uit. "Van Nieuwkerk was ook heel bepalend voor de inhoud van DWDD. Hij was dus ook inhoudelijk verantwoordelijk voor het succes. Zo iemand zet je niet zomaar opzij."

Van Nieuwkerk bij een uitzending in 2009

Hoe de sfeer kan veranderen als een leidinggevende bij een talkshow wordt vervangen, weet Emma (niet haar echte naam). Zij werkte twee seizoenen bij een andere dagelijkse tv-talkshow. In haar eerste seizoen werkte ze met een eindredacteur die nieuwe redactieleden volgens haar stelselmatig buitensloot.

"Hij had een vast groepje redactieleden en de rest viel daar buiten. Als ik een idee pitchte, werd het afgewimpeld en als de week erop iemand uit zijn groepje met hetzelfde idee kwam, was het opeens het beste idee ooit", zegt Emma. "Ook stuurde hij mailtjes naar de hele werkvloer met als onderwerp: 'dit is hoe het niet moet', als iets hem niet zinde. Gewoon met jouw naam zichtbaar voor iedereen. En daarvoor was er nooit gezegd hoe het dan wél moest."

Ik moet altijd een beetje lachen als er een intern onderzoek wordt aangekondigd. Dat onderzoek is al gedaan en staat in de Volkskrant.

Mediadeskundige Bert van der Veer

In het tweede seizoen dat Emma op de redactie werkte, werd de betreffende eindredacteur vervangen. "We hadden voor de winterstop gesprekken met het productiebedrijf van de talkshow. Als er iets niet goed ging, werd daar ook naar geluisterd. Dat die eindredacteur werd vervangen was een direct gevolg daarvan."

Ook de mensen uit het groepje van de eindredacteur werden niet teruggevraagd, zegt Emma. "En dat had meteen effect op de werksfeer. Er werd nu wel naar je geluisterd en de redactie werd meer één geheel. Ik ben heel blij dat er toen is ingegrepen, maar op het moment ik er ging werken zat de eindredacteur daar al drie seizoenen. Ik weet niet hoe het er voor mijn tijd aan toe ging."

'Les is al getrokken'

Van der Veer denkt dat de tijd van dergelijke excessen als bij DWDD voorbij is. "Ik moet altijd een beetje lachen als er een intern onderzoek wordt aangekondigd. Dat onderzoek is al gedaan en staat in de Volkskrant. De les is daarom al getrokken. Ik zou het een andere presentator ernstig afraden om nu nog dergelijk gedrag te vertonen."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl