30 procent minder vee? 'Ze moeten niet alleen maar staarten tellen'
Ivo Landman
redacteur Online
Ivo Landman
redacteur Online
Dertig procent minder vee over tien jaar. Vandaag werd duidelijk dat het kabinetsaanpak om de uitstoot van stikstof terug te brengen leidt tot deze reductie van de veestapel.
De landbouwsector is de grootste veroorzaker van stikstofuitstoot. Toch vragen veel boeren zich af waarom het kabinet zich focust op het aantal dieren en niet zwaarder inzet op andere oplossingen.
René Staal (38) heeft een melkveebedrijf in het Noord-Hollandse dorp Berkhout. Twee jaar geleden deed hij mee aan de boerenprotesten. Zelf zit hij niet dicht bij een natuurgebied, dus de kans is klein dat de overheid binnenkort bij hem voor de deur staat met voorstellen om zijn bedrijf op te kopen of te verplaatsen. Maar hij voelt mee met boeren die wel bij zo'n natuurgebied zitten.
Als in een bepaald gebied niet meer geboerd mag worden, zakt de grondprijs daar en krijgen die agrarische ondernemers wellicht te weinig terug bij een (soms gedwongen) opkoop om elders door te kunnen gaan, vreest Staal. "Stel, je krijgt 9 ton mee, dat lijkt heel wat", rekent hij voor. "Maar als elders de grondprijs veel hoger is, is zo'n bedrijf ten dode opgeschreven. De hele agrarische sector wordt in een hoek getrapt en veel ondernemers moeten opkrassen omdat de regering iets wil. Terwijl Schiphol en Tata Steel gewoon mogen doorgaan."
Volgens hem zijn er genoeg oudere boeren die willen stoppen. "Maar er zijn er ook met gezinnen en jonge kinderen die wél verder willen, en die kans wordt hun ontnomen. Mensen met passie voor het vak, die er echt voor gekozen hebben. Want als je veertig uur per week wil werken, dan begin je hier niet eens aan."
De boeren worden gezien als de spreekwoordelijke olifant in de porseleinkast, vindt Staal. "Maar de boeren waren er al. Die porseleinkast, de natuurgebieden, zijn er meestal later bijgekomen. Dat voelt oneerlijk."
In onderstaande video legt NOS op 3 uit hoe het ook alweer zit met de stikstofcrisis:
Hoewel hij niet denkt aan stoppen, overweegt de melkveehouder wel om samen te gaan werken met andere agrarische ondernemers, misschien wel iemand die straks zijn bedrijf moet verplaatsen vanwege de stikstofproblematiek. "Ik heb een groot bedrijf en mijn ouders, die meehelpen, worden een dagje ouder. Ik ga het niet verkopen, maar samenwerken, in een vennootschap bijvoorbeeld, dat zou wel kunnen."
Staal staat ook open voor andere oplossingen om de stikstofuitstoot te verminderen. Er zijn de afgelopen jaren slimme stalaanpassingen bedacht om de uitstoot terug te brengen. "Daar zet de overheid nu niet genoeg op in", vindt hij. "Intussen wordt er wel 30 miljard voor het plan uitgetrokken terwijl het nog maar afwachten is hoeveel positief effect het heeft op de natuur."
Zo'n 110 kilometer verderop, in het Friese Oldetrijne, denkt Trienke Elshof er in grote lijnen hetzelfde over. Haar melkveeboerderij zit bijna een kilometer van het dichtstbijzijnde natuurgebied af, waarschijnlijk ver genoeg om niet met opkoopregelingen te maken te krijgen. "Als ik om me heen kijk, kunnen de meeste bedrijven hier wel door."
De overheid moet het stikstofprobleem vooral samen met de sector oplossen, vindt Elshof. "Alleen opkopen is niet genoeg. Het kabinet zegt ook te willen inzetten op het verduurzamen van de landbouw, dus zet daar dan vooral op in. Boeren willen best veranderen, maar het moet in redelijkheid gebeuren."
Ze pleit voor een balans tussen natuur en agrarische activiteiten, en ook voor meer duidelijkheid over waarop het kabinet mikt. "In 2016 kregen we al te maken met het fosfaatrechtenstelsel. Dat heeft heel veel pijn gedaan. Laten we nu niet beginnen met de koeien. Het reduceren van de veestapel moet geen doel op zich zijn, het gaat om het stikstof. Ze moeten niet alleen maar staarten tellen."
Ze hoopt haar melkveebedrijf straks over te dragen aan de volgende generatie. "Daar rekenen we wel op en ik ben er optimistisch over. Maar we zijn wel ondernemers. Het moet ons niet onmogelijk gemaakt worden."