NOS Sport

Toussaint zevende in finale 100 meter rugslag: 'Van iedere minuut genoten'

Kira Toussaint is als zevende geëindigd in de olympische finale van de 100 meter rugslag. De 27-jarige zwemster van het Amsterdamse High Performance Centre tikte aan in 59,11.

Toussaint ging goed van start en lag halverwege nog vijfde, maar in de laatste meters viel ze weg. Ze bleef ver verwijderd van winnares Kaylee McKeown.

De Australische McKeown bleek in het Tokyo Aquatic Centre een klasse apart met haar 57,47. Die tijd was een verbetering van het olympisch record en slechts 0,02 seconde boven haar eigen wereldrecord.

De Canadese Kylie Can Masse pakte het zilver (57,72), het brons ging naar Regan Smith uit de Verenigde Staten: 58,05.

Ultieme droom

Met het bereiken van de olympische finale ging de ultieme droom van Toussaint in vervulling. Eindelijk kon ze voor eens en altijd antwoord geven op de vraag die ze onderhand niet meer kon horen. Jazeker, ze was erin geslaagd in de voetsporen te treden van haar moeder, Jolanda de Rover.

Die veroverde op de Olympische Spelen van 1984 een gouden medaille op de 200 rug en eindigde in Los Angeles daarnaast als derde op de 100 rug.

Jolande de Rover in 1984

36 jaar, 11 maanden en 19 dagen na de bronzen race van haar moeder was het zover. In het Tokyo Aquatic Centre was het eindelijk Toussaints beurt om een olympische finale op de 100 rug te zwemmen.

De Rover was de laatste Nederlandse vrouw die erin slaagde de olympische eindstrijd op dat nummer te bereiken. Alleen het idee al dat zij tot hetzelfde in staat was gebleken als haar moeder, bezorgde Toussaint van het moment van ontwaken tot de start van haar race de kriebels, zo bekende ze.

Genieten

"Vroeger was ik voor finales vaak zó gespannen dat ik vergat te genieten. Dat wilde ik ten koste van alles voorkomen. Echt, ik heb van iedere minuut genoten. Het is zo verschrikkelijk gaaf om in een olympische finale te mogen staan", lachte de zwemster van het Amsterdamse High Performance Centre.

Toussaint maakte zich in Japan geen enkele illusie. Na de halve eindstrijd, waarin ze ook tekende voor de zevende tijd, had ze zichzelf nog wel moed ingesproken. "Wie in de finale een baan krijgt toebedeeld, heeft een kans." Diep in haar hart wist ze beter.

In het mondiale geweld van de twee banen rugslag, in Tokio werd vijfmaal onder het olympisch record gedoken, was een verbetering van haar eigen Nederlandse record van 58,65 het hoogste haalbare. En daarvoor was een alles-of-niets race nodig, ze startte snel.

"Ik was niet goed genoeg om het vol te houden. Als ik de eerste baan langzamer zwem, kom ik misschien uit op een betere tijd. Maar zelfs dan blijf je nog ver verwijderd van het podium. Als je geen risico durft te nemen, weet je zeker dat het nooit lukt."

Gemeen

Op de vraag of ze er wellicht verstandig aan doet om zich net net als haar moeder in de toekomst meer te focussen op de 200 rug om zo de tweede baan beter door te komen, reageerde Toussaint quasi boos. "Dat is gemeen", lachte ze. "Ik werk al tijden aan het tweede deel van mijn 100 meter. In anderhalf jaar tijd ben ik anderhalve seconde sneller geworden. Beetje bij beetje gaat het steeds beter."

Met haar 27 jaar lacht de toekomst Toussaint toe. Parijs 2024 is het volgende doel, klonk het monter. Dan is ze een gelouterde dertiger voor wie genieten over het behalen van een finaleplaats niet langer telt.

"Daar wil ik er staan. Op het podium. En weer in een vol stadion, zoals het hoort."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl