Havik/Van Schip wil olympisch goud, maar wacht al een dik jaar op een baanwedstrijd
Yoeri Havik en Jan-Willem van Schip azen op goud. Op olympisch goud op de wielerbaan van Tokio komende zomer. Maar door de coronacrisis zijn ze wel tegen een flinke hindernis opgelopen: het is inmiddels al een dik jaar geleden dat ze op een ovaal hebben kunnen racen.
Het duo, dat destijds bij de wereldkampioenschappen in Berlijn net tekortkwam voor een medaille op de koppelkoers, heeft daardoor geen idee hoe ze er nu voorstaan. "Zonder wedstrijden kom je er minder goed achter wat we moeten doen om beter te worden", legt de 26-jarige Van Schip uit. "Bij een training kun je soms denken: het gaat vet goed. Maar of dat echt zo is, is de vraag."
Scheldeprijs
Ze zoeken nu hun heil buiten, in weer en wind. Zoals afgelopen week bij de Scheldeprijs, de wegwedstrijd van Terneuzen naar Schoten. Ook niet verkeerd, want daarmee bouwen ze een enorme dosis conditie op die straks in Japan goed van pas gaat komen.
Maar de baan lonkt ondertussen weer. Of de Europese kampioenschappen in Minsk in juni doorgaan, is nog onzeker, maar volgend weekeinde is er in ieder geval wel een wedstrijd op de wielerbaan in Gent. "Dat wordt een belangrijk meetmoment", erkent de 30-jarige Havik.