NOS Voetbal

De eredivisie als etalage: Duitse talenten hopen op scenario Uth en Gosens

  • Guido van Gorp

    sportredacteur

  • Guido van Gorp

    sportredacteur

  • ANP
    Mark Uth speelde in Nederland voor sc Heerenveen en Heracles Almelo
  • ANP
    De spits debuteerde tegen Nederland in het Duitse nationale elftal

Duitse voetballers zijn in trek bij clubs uit de eredivisie. Met 25 Duitsers zijn onze oosterburen voor het derde jaar op rij hofleverancier van buitenlandse spelers in Nederland, een eretitel die ooit strikt voorbehouden was aan België en de Scandinavische landen.

Vorige week kwam de teller voor Duitse spelers die komend seizoen actief zijn in de eredivisie op vijfentwintig. Zo haalde Vitesse de in Berlijn geboren middenvelder Idrissa Touré van Juventus en trok PSV voor een miljoenenbedrag linksback Philipp Max van FC Augsburg aan.

Hoe komt het toch dat Duitse voetballers zo gewild zijn de laatste tijd?

Klik in de app op onderstaande visualisatie, voor een beeld van buitenlandse voetballers in de eredivisie door de jaren heen:

"Vanuit ons stadion, 300 meter van de grens, ben je zo bij zo'n tien clubs uit de tweede en derde Duitse divisie om te scouten" zegt Stan Valckx, technisch manager van VVV-Venlo, de club waar momenteel de meeste Duitsers spelen.

Steffen Schäfer, Thorsten Kirschbaum, Lukas Schmitz, Tobias Pachonik, Christian Kum. Ze hebben twee dingen gemeen: ze voetballen bij VVV en hebben een Duits paspoort. Afgelopen jaren speelden ook Nils Röseler, Richard Neudecker, John Yeboah, Elia Soriano, Peniel Mlapa, Lars Unnerstall en Lennart Thy bij de Venlonaren.

Valckx: "De laatste paar jaar word ik vaker benaderd door Duitse zaakwaarnemers dan door Nederlandse. We staan er als ontwikkelingsland goed op en dat weten zij. Hier kun je een reuzenstap maken van de lagere divisies in Duitsland naar de Bundesliga."

Oud-VVV'er Lennart Thy oogstte lof vanwege zijn bloeddonatie aan een leukemiepatiënt

Er is héél veel aanbod, merkt Valckx. "Clubs in de Eerste of Tweede Bundesliga of Derde Liga werken met gigantische selecties met veel jonge spelers. Die talenten hebben het door de bank genomen zwaar in die competities. Ze komen niet aan de bak."

"Ga maar na", zegt Valckx. "Iedere wedstrijd zitten hier tot wel tien scouts uit de Bundesliga. Jonge Duitse talenten staan hier direct in de etalage."

Waar zijn de Denen?

Tien jaar terug in de tijd zag de statistiek 'buitenlanders in de eredivisie' er heel anders uit. Tegenover 35 Belgen, 16 Zweden en 14 Denen stonden slechts 5 Duitsers. Hoewel de transfermarkt nog een maand open is en er daardoor nog wat kan veranderen, staat de teller nu op 25 Duitsers, 22 Belgen en 10 Zweden. Het aantal Denen (4) valt ook op - toch het land dat deze eeuw veel smaakmakers leverde, maar nu op zijn retour lijkt.

Twintig jaar geleden was er slechts één Duitser actief in de eredivisie. Simon Cziommer, toen middenvelder bij FC Twente, zou uitgroeien tot de Duitser met de meeste eredivisieduels achter zijn naam. Inmiddels is hij gestopt, maar nog altijd woonachtig in Nederland.

Simon Cziommer is de Duitser met de meeste eredivisiewedstrijden achter zijn naam

Cziommer verbaast zich niet over de sterke toename van Duitse voetballers in de eredivisie. Volgens hem is het een logisch gevolg van uitgekiend voetbalbeleid in zijn vaderland.

"In mijn jonge jaren was het prototype Duitse speler fysiek sterk, conditioneel in orde en mentaal top. In de jeugd draaide alles om de omschakeling, compact staan in een verdedigende 4-4-2 of 5-3-2-tactiek. Daar is de laatste jaren iets aan toegevoegd: Duitse jeugdspelers worden technisch en tactisch véél beter opgeleid."

Opleiding hervormd

Kort voor het WK 2006 in Duitsland werd de opleiding van Duitse voetballers grondig hervormd, herinnert Cziommer zich. "Landelijk beleid dat toen is ingezet, levert nu een hele brede stroom aan spelers op die eigenlijk alle facetten van het profvoetbal beheersen."

Ook Erik Meijer, voormalig spits van de Bundesliga-clubs KFC Uerdingen, Bayer Leverkusen en Hamburger SV en tegenwoordig analist van Sky Deutschland, zag hoe de kiem voor de Duitse vlucht naar de eredivisie gelegd werd.

"Elke profclub moest zo'n vijftien jaar geleden een opleidingscentrum krijgen. Hoe beter je opleiding was, des te meer sterren je kreeg. En hoe meer sterren, des te meer geld je ontving van de Duitse bond. Daardoor kwam er een hele grote pool met spelers."

Robin Gosens

"Dan speelt nog iets anders", weet Cziommer. Hij zag de laatste jaren een mentaliteitsverandering. Duitsers en Nederlanders zien steeds meer elkaars voordelen. "In het Duitse voetbal wordt Nederland, vanwege ontwikkelingsmogelijkheden, niet langer beschouwd als een stap terug. Internationals komen hier zelfs vandaan. Dat telt."

Younes, Uth en Gosens

Lichtende voorbeelden zijn wat dat betreft Amin Younes, Mark Uth en Robin Gosens. Vanuit de lagere Duitse regionen kwamen zij in de eredivisie terecht. Afgelopen jaren debuteerden de drie spelers bij 'Die Mannschaft'.

Uth speelde tussen 2012 en 2015 voor sc Heerenveen en Heracles. Gosens maakte zijn profdebuut in 2013 nota bene bij eerstedivisionist FC Dordrecht, dat hem huurde van Vitesse, en kwam daarna nog twee seizoenen uit voor Heracles. Younes droeg twee jaar geleden nog het shirt van Ajax.

Door dat soort uitschieters wagen Duitse talenten steeds vaker de gok. "Niet voor iedereen is er plek in de Bundesliga of zelfs de Tweede Bundesliga", zegt Meijer. "Zeker niet omdat die competitie nu ook aantrekkelijk is voor grote buitenlandse spelers."

En dus waait er nu een vleugje meer orde en regelmaat over de trainingscomplexen van clubs als Willem II, Fortuna, VVV, Heracles, Vitesse en PSV. "Ik heb zelden gehoord dat een Duitser veertien keer te laat komt op een training", zegt Meijer. "Dat zit gewoon niet in de aard van het beestje."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl