Dat de Formule 1-teams voor de komende seizoenen een budgetplafond hebben afgesproken, is een goede ontwikkeling, aldus Formule-verslaggever Louis Dekker. "De sport moet snel bezuinigen, anders is er geen Formule 1 meer..."
Met ingang van 2021 is het maximum toegelaten budget 145 miljoen Amerikaanse dollar (133 miljoen euro) per team, de seizoenen daarna daalt het bedrag verder. "Voor de topteams is dit een schijntje van wat ze nu uitgeven, hoewel er veel posten niet in dit budget zitten."
Dekker: "Marketing, motorontwikkeling, reizen en heel opvallend: de salarissen van de coureurs vallen niet onder dit budgetplafond. Toch ligt het voor de hand dat veel coureurs salaris moeten inleveren. Dat is een kwestie van tijd, maar het moet om te voorkomen dat het echt escaleert."
Volgens Dekker is de tijd dat coureurs dertig of veertig miljoen per jaar verdienden, nu wel voorbij. "Formule 1 heeft altijd moeite gehad met bezuinigen, maar door de coronacrisis kan het bijna niet anders. De kleinere teams staan op omvallen."
Spanning in Formule 1
Al in oktober was afgesproken om een budgetplafond in te voeren, als maatregel om tot een spannender kampioenschap te komen in de Formule 1. Maar door het inkomstenverlies als gevolg van de coronacrisis leidt dat nu tot een verdere verlaging.
"Het is dezelfde maatregel die er al was om spanning terug te brengen en de Formule 1 weer leuker te maken voor het publiek. Door de crisis is de sport aan het overleven, dus er moet drastisch worden ingegrepen. Anders gaat de hele sport eraan."
