Mogelijk geen Paralympische Spelen voor Nederlandse rolstoelbasketbalsters

De Nederlandse rolstoelbasketbalsters zouden de Paralympische Spelen in Tokio weleens kunnen gaan missen. De sport heeft namelijk een gele kaart gekregen van het Internationaal Paralympisch Comité (IPC).

Die gele kaart betekent dat de sport van de paralympische agenda van 2024 in Parijs is gehaald en dat bij het niet navolgen van de eisen van het IPC rolstoelbasketbal ook de Spelen van Tokio kan gaan missen.

Bondscoach vertrouwt op goede afloop

Het IPC probeert de internationale rolstoelbasketbalfederatie (IWBF) al tijden te overtuigen om de Athlete Classification Code, reglementen voor de classificatie van de atleten. te implementeren. In deze reglementen staat hoe de verschillende beperkingen, handicaps, van een atleet moeten worden beoordeeld en hoe die worden ingedeeld in verschillende klassen.

De IWBF hanteert nu een eigen systeem. Het IPC vindt dat alle sporten dezelfde classificatiereglementen moeten hanteren.

De bondscoach van de Nederlandse vrouwen, Gertjan van der Linden, is niet geschrokken: "We wisten dat er gesprekken gaande zijn tussen het IPC en de IWBF, maar niet dat die gesprekken niet goed verliepen."

"Volgens mij hanteert het rolstoelbasketbal een heel zuiver classificatiesysteem en dat zal niet heel veel verschillen van wat het IPC stelt", vervolgt de bondscoach van de regerend Europees en wereldkampioen rolstoelbasketbal. "Wij zijn gewoon bezig met de voorbereiding op de Spelen en ik er vertrouw erop dat het IPC en het IWBF eruit gaan komen."

De IWBF heeft tot 29 mei de tijd de regels van het IPC over te nemen. Doen ze dat niet, dan is rolstoelbasketbal niet te zien in Tokio en heeft Nederland een kandidaat op goud minder.