Krajicek koestert jonge honden en blijft dromen van Federer en Nadal
Roger Federer en Rafael Nadal op hetzelfde toernooi blijft de droom van iedere directeur. Ook voor Richard Krajicek. De directeur van het ABN Amro-toernooi (10-16 februari) blijft daarom zijn ultieme droom dromen, maar houdt uit praktisch oogpunt vooralsnog naar volle tevredenheid vast aan zijn vertrouwde strategie.
Krajicek zet niet meer alles op alles om Federer, Nadal of Novak Djokovic in een vroegtijdig stadium vast te leggen en kiest sinds vijf jaar voor een breed deelnemersveld. Niet meer op één paard wedden, is het beste devies, zo heeft hij in de loop der tijd geleerd.
'Er komen altijd kansen'
"Vaak is het bij een grote speler tot en met november wachten of hij wel of niet komt. Als hij dan niet komt, zijn andere belangrijke spelers vaak ook niet meer beschikbaar. Nadal wil bijvoorbeeld afwachten hoe zijn prestaties in Australië zijn", legt Krajicek uit.
"Er komen bovendien altijd kansen voorbij, zoals twee jaar geleden met Federer. Hij kon toen weer nummer één van de wereld worden en maakte gebruik van een wildcard. Wij staan dan klaar om dat mogelijk te maken. In deze periode houd ik overigens wel altijd contact met hun management."
Sterren van de toekomst
En dus gokt de toernooidirecteur op jonge honden zoals Stefanos Tsitsipas (21), Daniil Medvedev (23), Denis Shapovalov (20) en Felix Auger-Alliassime (19), die worden gezien als de toekomstige sterren van het mondiale tenniscircuit. De eerste twee staan zelfs al in de toptien.
Ook voor Krajicek is het de vraag wanneer zij de heerschappij zullen overnemen. "Het hangt vooral nog van de oude generatie af. Waartoe zijn Nadal, Djokovic en Federer nog in staat? Zij spelen, met Andy Murray erbij, het beste tennis dat ooit is gespeeld", meent Krajicek.
"De nieuwe generatie gaat pas grandslamtoernooien winnen als zij het in die twee weken fysiek kunnen volhouden. De oude generatie heeft nog steeds de drive en kan het ook fysiek aan. Het is eigenlijk een heel aparte gewaarwording. Ik zeg al jaren dat de nieuwe generatie het gaat maken, maar het gebeurt niet."
Asgrauwe toekomst Nederlands mannentennis
Een nieuwe topgeneratie in het Nederlandse mannentennis is nog ver weg. Sterker, het ziet er achter frontman Robin Haase (32 jaar) asgrauw uit. Mocht hij op enig moment het racket aan de wilgen hangen, zullen spelers als Tallon Griekspoor (ATP-175) en Botic van de Zandschulp (ATP-195) de kar moeten trekken.
Haase viel vorig jaar uit de tophonderd - momenteel staat hij 161ste - en werd zodoende voor het eerst sinds 2015 afhankelijk van een wildcard, en die hij op basis van zijn staat van dienst ook kreeg, voor deelname aan Ahoy.
Krajicek kiest zorgvuldig zijn woorden als hem naar de toekomst van het Nederlandse mannentennis wordt gevraagd. "Momenteel is er niemand die op korte termijn de aankomende leegte van Robin kan opvullen. Je moet afwachten. Het zijn golfbewegingen."
Vergelijking met Rusland
Krajicek trekt de vergelijking met Rusland. "Dat land heeft nu in Medvedev (nummer vijf van de wereld, red.) en Chatsjanov (zeventiende, red.) weer toppers bij de mannen, maar jarenlang stonden er veelal Russische vrouwen in de toptwintig en was er nauwelijks een topper bij de mannen."
"Waarom lukte het in die harde Russische samenleving blijkbaar bij de vrouwen een aantal jaar wel dat er iemand doorbreekt, maar bij de mannen niet? Soms is het moeilijk te verklaren."
"Het is jammer dat er in de slipstream van Robin nooit iemand lang is blijven hangen", aldus Krajicek. "Robin had jarenlang met Thiemo de Bakker (inmiddels afgezakt naar plaats 509, red.) in de topvijftig moeten staan, en misschien nog wel hoger. Dan was het voor de rest ook makkelijker geweest aan te sluiten, denk ik."
