.
NOS Sport

'Niet te manipuleren' Nederlandse test voor gendoping bij Spelen in Tokio

Al jaren wordt genetische doping neergezet als een sciencefiction-achtige upgrade van het sportlichaam. Iets dat ver in de toekomst ooit eens in trek zou kunnen zijn bij atleten. Door bepaalde genen te manipuleren, kunnen sportprestaties beter worden, zo is de gedachte.

Op zich staat dat beeld, gendoping als iets dat futuristisch en ver-van-het-bed is, nog steeds overeind. Want geen sporter ter wereld is momenteel nog tegen de lamp gelopen met gendoping.

Desondanks plaatste wereldantidopingbureau WADA het manipuleren van genen al vijftien jaar geleden op de verboden lijst. En na lang schaaf- en slijpwerk zijn er nu twee testen ontwikkeld die genetische doping moeten opsporen. Volgend jaar, bij de Olympische Spelen in Tokio, worden deze testen voor het eerst ingezet.

Groningse testen in Tokio

Test één staat onder leiding van een team van Australiërs. Test twee, de contra-expertise, wordt gedaan vanuit Groningen door professor Hidde Haisma. Hij is professor genmodificatie aan de Universiteit van Groningen én lid van het gendopingpanel van WADA.

In De Avondetappe was hoogleraar Hidde Haisma te gast om te praten over gendoping. Kijk hier naar een uitleg over wat er mogelijk is:

Volgens de genenspecialist is zijn test een belangrijke toevoeging op de Australische controle, zo vertelde hij in De Avondetappe. "Die test is niet helemaal perfect, om het zo maar te noemen. En wij hebben in Groningen samen met het academisch ziekenhuis een test ontwikkeld waarvan wij denken dat die niet te manipuleren is en eigenlijk veel beter is dan die Australische test."

De vraag is ook, ondanks het feit dat er nog geen sporter is betrapt, hoeveel atleten gendoping potentieel zouden gebruiken. "Ik heb eigenlijk geen idee", zegt Haisma.

Nep-politieman

Signalen dat gendoping al wordt gebruikt of dat er op zijn minst interesse is vanuit de sportwereld, zijn er wél. Afgelopen jaren kwamen er bij diverse specialisten van het WADA-gendopingpanel verzoeken over het toepassen van genetische doping. Mede op basis van die ervaringen werd dan ook besloten voortgang te maken met het ontwikkelen van de testen.

Ook bij Haisma wordt soms geïnformeerd naar de mogelijkheden. "Ooit ben ik benaderd door een politieman. Die zei: 'wij doen onderzoek naar epo en gendoping. Heeft u voor ons niet een referentiemonster?' Ik ben dat toen nagegaan en het bleek geen politieman te zijn."

Voor de professor is het dan ook spannend wat de gendopingtesten bij de Spelen uiteindelijk zullen opleveren. Bij eventuele dopinggevallen kan hij in zijn analyse hoe dan ook gebruik maken van informatie uit bloedpaspoorten en monsters van sporters die al jaren in een vriezer worden bewaard.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl