Een mens naar wens: zo ver gaan we al met knutselen aan dna

  • Ardi Vleugels

    Research-redacteur zorg

  • Ardi Vleugels

    Research-redacteur zorg

Een Chinese wetenschapper claimde deze week op YouTube dat hij het dna van twee embryo's heeft aangepast, zodat de daaruit geboren baby's geen hiv, pokken en cholera kunnen krijgen. Het zou een primeur zijn: nooit eerder zijn er mensen geboren met aangepast dna.

In de video hieronder leggen we je uit hoe het precies zit: wat kunnen we al - en welke vragen brengt dat met zich mee?

Wat de Chinees deed bij de embryo's, konden we technisch gezien al langer. Dna is een complex molecuul dat van alles regelt: groei, ontwikkeling, functie en reproductie. Het geeft instructies aan je cellen. In dat dna kunnen we dingen veranderen, of zelfs toevoegen.

Oogkleur en haardos

Het is al 25 jaar mogelijk om baby's deels aan onze wensen te laten voldoen. Zo kunnen ouders in sommige landen het geslacht van hun baby vooraf 'bestellen' via embryoselectie. Een kliniek plaatst dan alleen embryo's van dat geslacht terug. Er zijn ook klinieken die je een bepaalde oogkleur of haardos beloven. Maar embryoselectie wordt vooral gebruikt om het doorgeven van erfelijke ziekten te voorkomen.

Daar komt de techniek van het dna aanpassen dus bij. Die ontwikkelingen gaan sinds een paar jaar hard. Dat komt door een nieuw ontwikkelde techniek waarmee ons dna goedkoper, makkelijker en sneller aangepast kan worden: CRISPR-Cas. We kunnen daarmee ons dna scannen en zoeken naar de precieze plek die we willen aanpassen - en dan knippen en plakken op die plek.

Kankerbestrijding

Maar wetenschappers wereldwijd hadden afgesproken dat ze zulke aanpassingen nog niet bij baby's zouden doen. Gevolgen zijn onomkeerbaar en voor alle generaties daarna een feit. Ook is niet duidelijk hoe veilig het is: je kunt bij het knippen per ongeluk andere genen beschadigen.

CRISPR-Cas wordt wel al gebruikt als experimentele behandeling voor bijvoorbeeld kanker. Wetenschappers gebruiken dan een pakketje 'aangepast dna' in een lab om stamcellen van het immuunsysteem aan te passen. Als deze daarna in het lichaam van een patiënt gebracht worden, zijn ze mogelijk in staat om kankercellen te vernietigen.

De techniek is er. Punt. Die gaat niet meer weg.

Sjoerd Repping, hoofd Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde Amsterdam UMC

Deze toepassing van dna veranderen is maatschappelijk minder omstreden. Het verandert alleen een bepaald deel van het lichaam van die specifieke patiënt, die daar ook zelf voor kiest. Bij het aanpassen van embryo's, zoals de Chinese wetenschapper deed, veranderen alle cellen van die persoon-in-wording voorgoed. En die geeft die genetische aanpassing dus door.

Sjoerd Repping, hoofd van het Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde van het Amsterdam UMC, zegt dat we ons niet meer moeten afvragen óf we dna gaan aanpassen. Principes houden deze ontwikkeling namelijk niet tegen, zegt hij. "De techniek is er. Punt. Die gaat niet meer weg. Dit gaat gebeuren. Sterker nog: het is nu gebeurd. We moeten onszelf wel afvragen hoe het veilig kan en vooral afspreken bij wie we dit wenselijk vinden."

Geen supermens

Dna-aanpassingen kunnen in theorie ook gebruikt worden om al gezonde mensen, te verbeteren. Dus gaan we straks mensen maken die slimmer, mooier of sterker zijn? "Nee", zegt Marc van Mil, universitair hoofddocent Biomedische Genetica Utrecht.

We kunnen alleen dna aanpassen als we exact weten waar in het dna dat specifieke probleem of die specifieke eigenschap wordt geregeld. Zo zijn er meer dan 3000 genetisch bepaalde ziekten, zoals Huntington, die worden veroorzaakt door een klein foutje in de dna-code. Als je dat foutje precies weet te vinden, kan je dat herstellen.

Eigenschappen als uithoudingsvermogen of spierkracht zou je ook op die manier kunnen aanpassen. "Maar bij bijvoorbeeld intelligentie is dat een ander verhaal: daarbij spelen duizenden genen een rol en dat wordt ook mede gevormd door de omgeving", zegt Van Mil.

Repping van het Amsterdam UMC denkt dat de mogelijkheden voor het verbeteren van de mens snel gaan. "We doen al jaren veel onderzoek naar genetische aanpassingen bij muizen, om spieraanmaak te stimuleren of obesitas te voorkomen. Het is alleen totaal anders om dat op mensen toe te passen. Dan moet het wel echt veilig zijn. Je kan dat niet zomaar doen omdat je dat leuk vindt."

Hij wijst er ook op dat de CRISPR-Cas techniek nu gebruikt is om één specifieke plek in het dna aan te passen, maar het kán meerdere genen tegelijkertijd aanpassen. Daarmee kunnen we in de toekomst nog meer veranderingen aanbrengen in het dna van de mens.

99 procent van de wetenschappers houdt zich aan de richtlijnen. En die zeggen dat we nog geen baby's met aangepast dna moeten maken.

Annelien Bredenoord, hoogleraar Ethiek UMC Utrecht

We kunnen dus meer en meer, maar het is de vraag wat we met die vaardigheden willen. Die maatschappelijke discussie is in alle hevigheid losgebarsten. Welke grenzen stellen we aan dna op bestelling? Als jij straks jouw baby zo kan verbeteren dat hij geen Alzheimer kan krijgen, kies je daar misschien voor. Maar wat als je ook kan voorkomen dat jouw kind net als jij slechte ogen heeft, of een betere bouw dan jij kan krijgen. Zou je dat ook doen?

Er kan ook ongelijkheid ontstaan door de techniek. Wie kan de aanpassingen straks betalen en wie niet? Krijg je dan mensen die wel gezonde baby's kunnen krijgen, en anderen die zich dat niet kunnen veroorloven? Of komt er een klasse van 'supermensen'?

Annelien Bredenoord is hoogleraar Ethiek van Biomedische Innovatie aan het UMC Utrecht en denkt mee over internationale richtlijnen rondom het aanpassen van dna. Zij verwacht dat het zo'n vaart niet loopt. "Embryo's aanpassen en terugplaatsen is in de meeste landen gewoonweg verboden. Er zijn ook richtlijnen, die 99 procent van de wetenschappers volgen, en die bepalen dat we nog geen baby's met aangepast dna mogen maken. De meeste mensen zullen ook een baby op de natuurlijke manier willen krijgen, dat is leuker en minder ingrijpend."

De baby's uit China veranderen daar volgens haar weinig aan. "Het is niet zo dat er nu ineens meer mensen zoiets gaan doen. Je kunt natuurlijk niet uitsluiten dat er ergens in al die duizenden labs mensen werken die er nu anders over denken, maar ik acht die kans voorlopig klein."

Deel artikel: