'Als Mathieu er tot de finish bijblijft, is hij bijna onklopbaar'
In het mountainbikewereldje wordt hij met open armen ontvangen: 'Matthew van der Poel from The Netherlands'. Hij wordt gezien als dé uitdager van de gevestigde orde en velen kijken dan ook uit naar wat het 23-jarige multitalent kan op het wereldkampioenschap zaterdagmiddag in het Zwitserse Lenzerheide.
Van der Poel bewees deze zomer wederom zijn kwaliteiten als alleskunner door, na de nationale titel in het veldrijden, ook nog eens de vaderlandse driekleur te veroveren in het wegwielrennen én in het mountainbiken. Een unieke prestatie.
Maar kan hij het ook op mondiaal niveau? Bondscoach Gerben de Knegt denkt van wel. "Hij is een medaillekandidaat. En als Mathieu er een keer tot de finish bijblijft, is hij bijna onklopbaar."
"Hij heeft bijna alle wereldbekerwedstrijden gereden dit jaar en hij eindigt constant in de topdrie, topvier", vervolgt De Knegt. Van de zes wedstrijden waaraan Van der Poel meedeed, eindigde hij vijf keer bij de beste vier. De andere keer viel hij uit. "Het enige dat hij nog niet heeft kunnen doen, is sprinten voor de overwinning."
Om maar te zeggen: Van der Poel is van een andere categorie dan Nederland gewend is. Niets ten nadele van Rudi van Houts of Michiel van der Heijden, de namen die het in voorbije jaren voor Nederland moesten doen op een WK.
"Er staan 120, 130 man aan de start. En Rudi, die inmiddels gestopt is, behoorde tot de toptien, topvijftien van de wereld. Dat was al enorm knap. En bij Michiel wil het dit jaar allemaal niet zo lukken, maar hij is pas 26 jaar. En hij werd vorig jaar dertiende op het WK."
Maar nu heeft De Knegt een pupil die om de medailles strijdt. "Met die insteek konden we de afgelopen jaren bij lange na niet starten op een WK voor mannen."
En daar komt ook nog eens bij dat het parcours uitermate geschikt is voor Van der Poel. "Als je al over een zwak punt van Van der Poel kan spreken, dan is het dat hij bergop, op de langere beklimmingen, vaak net niet meekan met Nino Schürter of Gerhard Kerschbaumer. Maar op dit parcours zijn er minder hoogtemeters dan op de meeste omlopen."
'Friemelen met de fiets, daar is hij goed in'
Daarbij komt dat in Lenzerheide, dat op 1.500 meter hoogte ligt, ook de crosservaring van Van der Poel goed van pas kan komen. "Er zijn stroken waarop veel wortels van bomen liggen. Daarop moet je, zoals ik het noem, een beetje friemelen met je fiets. Glibberen, glijden. En daar is hij echt goed in. Dat is hij ook gewend vanuit de veldritwereld."
Van der Poel maakte na half augustus de switch van zijn wegfiets terug naar zijn mountainbike. Kort daarop had hij bij de wereldbekerwedstrijd in La Bresse te kampen met materiaalpech, maar hij eindigde toch als vierde. Daarna ging hij ter voorbereiding op de WK een week op hoogtestage in Livigno. En sinds maandag is hij al in Lenzerheide.
Uitdaging
Hij neemt het in elk geval serieus, maar De Knegt durft niet te zeggen dat Van der Poel meer passie heeft voor mountainbiken dan voor wegwielrennen. "Nou, hij heeft vooral heel veel passie voor het spelen met de fiets. Dat vindt hij in het mountainbiken echt terug. En hij vindt hier vooral ook een uitdaging omdat hij nog niet wint. Op de weg en in het veld wint hij vaak, maar in het mountainbiken nog niet."