Trotse bondscoach Huck: 'Nu niet met hoofd in de wolken gaan lopen'
Natuurlijk was bondscoach Bill Huck trots op zijn sprinters. Heel trots zelfs. "Ik hoopte dat ze dit niveau zouden hebben, maar we hebben ons hier niet speciaal op voorbereid."
Vijf keer goud en drie keer brons. Dat is de imposante oogst van de Nederlandse baanwielrenners bij de EK in Glasgow. Vijf daarvan komen op conto van de sprintploeg van de Duitser, wiens 'losse aanpak' lijkt te werken bij Oranje.
Jeffrey Hoogland (goud) en Harrie Lavreysen (brons) domineerden het koningsnummer, de sprint. Het onderdeel, waarop Huck zelf ooit twee keer de wereldtitel vierde. Samen met Roy van den Berg waren de twee ook superieur bij de teamsprint.
En ook de gouden plak van Matthijs Büchli - al trainde die de afgelopen tijd vooral in Japan - op de niet-olympische kilometer tijdrit mocht er zijn, net als het brons van Sam Ligtlee.
Toch zag Huck ook verbeterpunten. De keirin leverde geen medailles op, maar dat is dan ook een beetje een loterij. Huck ziet vooral mogelijkheden in de teamsprint. "Onze focus zal liggen op de eerste positie, daarin willen we sneller worden. We hebben goede starters, zowel bij de mannen als de vrouwen."
Nuchter
Eerder dit jaar werden ook al vijf wereldtitels behaald op de wielerbaan van Apeldoorn. Toch waarschuwt Huck voor te veel optimisme. "Ik denk niet dat er een gat is tussen de Nederlandse sprinters en de rest", bezweert Huck, die beseft dat de verwachtingen richting de Olympische Spelen van Tokio zullen stijgen.
"Zo is het nu eenmaal als de resultaten goed zijn. Ik denk niet dat de verwachtingen een grote rol zullen spelen." De conclusie na een buitengewoon succesvol EK? "We zijn op de goede weg. Maar we moeten nu niet met ons hoofd in de wolken gaan lopen."
