Waterpolosters na zege op Hongarije naar EK-finale

De Nederlandse waterpolosters hebben voor de derde keer op rij de EK-finale bereikt. Nederland nam revanche voor de verloren finale van twee jaar geleden door Hongarije in Barcelona met 8-7 (2-1, 3-3, 2-1,1-2) opzij te zetten.

De ploeg van bondscoach Arno Havenga neemt het in de finale op tegen Griekenland, dat in de andere halve finale met 11-9 te sterk was voor Spanje.

Hongarije werd derde in 2008, 2012 en 2014 en pakte in 2016 z'n tweede titel. Viervoudig kampioen Nederland werd in 2010 derde en verloor de finales van 2014 (van Spanje) en 2016.

Na ruim vijf minuten zonder doelpunt vond Illes het net: 0-1. Nederland werd langzaam maar zeker sterker en stond dankzij treffers van Sabrina van der Sloot en Ilse Koolhaas en een redding van Laura Aarts na de eerste periode met 2-1 voor.

Uitblinker Aarts voorkomt comeback Hongarije

In het tweede kwart speelde keepster Aarts een hoofdrol met drie geweldige reddingen. Desondanks wist Hongarije zich van 1-3 naar 4-4 te knokken. Toch was Oranje beter, ook in het derde kwart, waarin de ploeg uitliep naar 7-4.

Hongarije kwam terug tot 7-6, maar twee saves van Aarts en Maud Megens' 8-6 gaven Nederland in kwart vier weer wat lucht. Hongarije gaf echter nog niet op. De ploeg had in de kwartfinale tegen Italië in het slotkwart 6-8 omgebogen in 10-9 en leek met de 8-7 tegen Oranje op weg naar weer een ontsnapping.

Nederland liet een manmeer onbenut en Amarens Genee, Megens en Koolhaas (lat) verzuimden te scoren. Gelukkig was er uitblinkster Aarts, die vijf seconden voor tijd Greta Gurisatti van de 8-8 afhield.