Judofederatie schrapt toernooien wegens discriminatie van Israël

De Internationale Judofederatie (IJF) heeft twee toernooien van de agenda gehaald omdat er vorig jaar tijdens de wedstrijden Israëlische deelnemers werden gediscrimineerd. Het gaat om het grandslamtoernooi van Abu Dhabi en de grand prix van Tunis. Beide zijn grote toernooien op de judokalender.

Israëlische judoka's mochten vorig jaar in Abu Dhabi en Tunis geen nationale symbolen dragen en in Abu Dhabi werd ook hun volkslied niet gespeeld. Tal Flicker uit Israël won op het grandslamtoernooi goud, maar in plaats van zijn nationale hymne was de tune van de judofederatie te horen.

Ook weigerde een judoka uit de Verenigde Arabische Emiraten de hand te schudden van een Israëlische collega. De Verenigde Arabische Emiraten hebben, net als de meeste landen in het Midden-Oosten, geen diplomatieke banden met Israël en erkennen het land ook niet als staat.

Niet de eerste keer

Het gebeurt vaker dat de politieke situatie in het Midden-Oosten de sport raakt. Bij de Olympische Spelen van Rio de Janeiro in 2016 weigerde een Egyptische judoka de hand van een Israëlische tegenstander te schudden.

Ook trok een Tunesische tennisser zich al eens terug voor een wedstrijd tegen een opponent uit Israël. En in 2016 liet AZ de Iraanse aanvaller Alireza Jahanbakhsh uit de selectie voor het Europa Leagueduel met Maccabi Tel Aviv, vanwege de gespannen situatie tussen Iran en Israël.

Jahanbakhsh zou met een stempel van Israël in zijn paspoort het risico hebben gelopen zijn eigen land niet meer in te komen.