basisschool
NOS NieuwsAangepast

Ouders en docenten mogen meepraten over aantal leerlingen per klas

Minister Slob voor Basis- en Voortgezet Onderwijs wil dat leraren en ouders in het basisonderwijs mogen meepraten over het aantal leerlingen per klas. In de Tweede Kamer zei hij dat hij de wet zo wil aanpassen dat deze groepen adviesrecht krijgen over het beleid van een school over de groepsgrootte.

Bij de linkse oppositie gaan stemmen op om in de wet te zetten dat er een maximaal aantal leerlingen per klas moet komen. Veel leraren klagen over de grote groepen waaraan ze moeten lesgeven en de werkdruk die dat veroorzaakt.

Een kleine 5 procent van de leerlingen op basisscholen in Nederland zit in een klas van meer dan 30 leerlingen. Slob ziet niets in een wettelijk maximum, maar hij voelt dus wel voor meer inspraak.

Werkdrukakkoord

De minister benadrukte dat de gemiddelde groepsgrootte iets is gedaald (naar zo'n 23 leerlingen per klas) en dat hij eerder dit jaar met de onderwijsbonden een akkoord heeft bereikt over het verminderen van de werkdruk. Hij erkende dat een grotere klas kan bijdragen aan de werkdruk, maar hij zei ook dat het bij werkdruk en kwaliteit niet alleen gaat om de omvang van de klas.

Slob voegde eraan toe dat bijvoorbeeld ook de samenstelling van de klas belangrijk is, net als het concept van de school. Hij wees ook op de volgens hem relatieve betekenis van het begrip 'groep': sommige scholen werken met 'units' of bijvoorbeeld met een docent rekenen die lesgeeft aan alle kinderen van de school, dus niet aan één groep.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl