Roland Garros verhoogt prijzengeld, maar discussie blijft

Roland Garros heeft opnieuw zijn prijzengeld verhoogd. De totale prijzenpot van het tweede grandslamtoernooi van het jaar bedraagt nu 39,2 miljoen euro. Dat is drie miljoen euro meer dan in 2017.

De kampioenen in het enkelspel (mannen en vrouwen) ontvangen 2,2 miljoen euro. De spelers die in de kwalificaties of in de eerste ronde van het hoofdtoernooi worden uitgeschakeld, profiteren het meest van de verhoging.

Een nederlaag in de eerste ronde van de kwalificaties levert 6.000 euro op (een stijging van 20 procent). Een speler strijkt 40.000 euro op (+14,3 procent) als hij in Parijs in de openingsronde van het hoofdschema verliest.

Grotere groep moet profiteren

De verhoging van het prijzengeld past bij de innige wens van het merendeel van de tennissers om een grotere groep te laten profiteren van de inkomsten.

"Het is geen geheim dat er vooral in de top heel erg goed verdiend wordt", zei Roger Federer in februari tijdens het ABN Amro-toernooi. "We zouden het mooi vinden dat steeds meer spelers profiteren van het verhoogde prijzengeld."

Novak Djokovic hield in januari nog een pleidooi voor meer prijzengeld tijdens een speciaal belegde vergadering voor de start van de Australian Open.

Wrevel

Nog geen vijftien procent van het budget van de grandslamtoernooien gaat momenteel naar de spelers. Dat zorgt al jarenlang voor wrevel tussen de spelers en de grandslamtoernooien.

"Het hoort bij het commerciële aspect. De spelers willen meer, de toernooien willen minder uitgeven. Het zal altijd een discussiepunt blijven, maar we hebben elkaar nodig", aldus Federer.

"We zijn op de goede weg, maar we hebben nog een lange weg te gaan als je dit bijvoorbeeld met andere sporten vergelijkt."