Opgeluchte speerwerper Van Ophem heeft eindelijk zijn Nederlands record

Een halfjaar na zijn worp mag speerwerper Thomas van Ophem zichzelf eindelijk Nederlands recordhouder noemen. Daarmee komt een eind aan een heuse speerwerpsoap.

Op een warme woensdagavond in juni op de atletiekbaan van Castricum kwam de 25-jarige Van Ophem tot een afstand van 80,70 meter. Dat was een verbetering van het achttien jaar oude record van Johan van Lieshout (80,51).

Maar de recordcommissie keurde het record af. Van Ophem legt uit waarom: "Een speer moet vooraf en achteraf gecontroleerd worden op de afmeting en zwaarte. In het wedstrijdreglement stond dat mijn speer na afloop niet gecontroleerd was."

Foutje

Toen Van Ophem daarover hoorde, vroeg hij bij de wedstrijdleiding of dat klopte. Het bleek een foutje te zijn. Nadat de atleet bezwaar had aangetekend stelde de Atletiekunie een nieuw onderzoek in. Daarin is nu geconstateerd dat toch aan de voorwaarden in wedstrijdreglement is voldaan.

"Het werd tijd dat het klaar zou zijn", concludeert Van Ophem in het radioprogramma Langs de Lijn En Omstreken. "Ik ben teleurgesteld dat het zo lang heeft geduurd, maar ben opgelucht dat het nu klaar is."

Focus op EK

De soap kostte de Alkmaarder veel energie de afgelopen maanden. "Mijn trainingen begonnen eronder te lijden. Ik wil me nu gaan focussen op volgend seizoen."

Van Ophem wil zich plaatsen voor de EK van 2018 in Berlijn. "De limiet daarvoor is vastgesteld op tachtig meter. Dat is dus mogelijk."