De goudschat van Lienden
NOS NieuwsAangepast

Lienden blijkt goudmijn voor Romeinse munten

Het is een uniek tijdsdocument, zeggen onderzoekers van de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Ruim veertig gouden munten die rond 460 na Christus zijn begraven en nu zijn opgedoken in een boomgaard in Lienden. Van die periode is niet heel veel bekend.

Hobbyisten met een metaaldetector ontdekten vorig jaar 23 Romeinse munten. Later bleek dat twee anderen in 2012 ook al acht gouden munten hadden opgegraven, op exact dezelfde plek. Een grote zoektocht die volgde, leverde niets meer op. Maar uit de archieven kwam naar voren dat er in de negentiende eeuw en in 1905 ook al goudstukken waren ontdekt in Lienden.

De goudschat werd gevonden in deze boomgaard in Lienden

In totaal zijn er nu 41 oude munten uit verschillende vondsten bij elkaar gebracht, maar archeologen denken dat de goudschat in het verleden veel groter is geweest. "Het blijkt de allerlaatste Romeinse muntschat die we uit Nederland en aangrenzende regio's kennen", zegt de VU. "De sluitmunt (de jongste munt van de schat, red.) is van keizer Majorianus, die regeerde van 457 tot 461. Dit betekent dat de schat rond 460 of kort daarna zal zijn begraven."

Volgens archeologen is het een sleutelstuk dat het einde van het Romeinse gezag in Zuid-Nederland markeert. "Het gunt ons een blik op de politiek-militaire situatie tijdens de overgangsfase naar de Vroege Middeleeuwen." Vermoedelijk zijn de munten begraven door een Frankische leider, die in die tijd was ingehuurd om te vechten voor de keizer.

Grafheuvel

De munten, ook wel solidi genoemd, behoorden allemaal tot de Romeinse standaardmunt uit de late vierde en vijfde eeuw. De onderzoekers denken dat de munten mogelijk lagen begraven in een oude grafheuvel, die al dateerde uit de Bronstijd. Op die plek zijn menselijke resten gevonden van drie personen.

"Een dergelijke schat is doorgaans bedoeld om later nog eens terug te halen, en daarvoor moet de begraver in het landschap een herkenbaar punt uitkiezen", stellen de onderzoekers. "Een oude grafheuvel in de buurt van een nederzetting is dan een ideale plek om een schat te begraven, met de intentie die later weer op te halen. Dat laatste is niet gebeurd, ten minste niet door de oorspronkelijke eigenaar."

Tentoonstelling

De goudschat is voorlopig uitgeleend aan Museum Het Valkhof in Nijmegen, waar de collectie zal worden getoond. Dat museum had al de grootste verzameling Romeinse vondsten van Nederland.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl