Het Ajax van nu laat de magie van 1987 herleven

Nu Ajax op de drempel staat van z'n eerste Europese finale sinds 1996, wordt er in het buitenland weer met bewondering gesproken over de club.

Dat is wel eens anders geweest, want in de 21 tussenliggende jaren kwamen de Amsterdammers Europees gezien vooral in het nieuws vanwege gênante vertoningen tegen bijvoorbeeld Lausanne-Sport, Red Bull Salzburg en Molde FK.

Die periode van Europese droogte is weliswaar de langste, maar zeker niet de eerste sinds Ajax zich eind jaren zestig in het internationale voetbal begon te manifesteren.

Magere jaren

Ook in de jaren tachtig blies Ajax steevast vroegtijdig de aftocht. En ook toen gebeurde dat lang niet altijd door toedoen van gerenommeerde tegenstanders. In die jaren bleken onder andere Bohemians Praag, Olympiakos en Celtic een te groot obstakel.

"Dat mag je gerust magere jaren noemen", erkent Peter Boeve. De verdediger speelde van 1979 tot 1988 voor Ajax. "We lagen er altijd heel snel uit in Europa."

Onverwachte wederopstanding

Maar in het seizoen 1986/1987 kwam ineens de ommekeer. Vanuit het betrekkelijke niets drong Ajax dat seizoen eindelijk weer eens door tot een finale, die van de Europa Cup II. Met Johan Cruijff als coach en Marco van Basten als ontluikende wereldster beschikte Ajax bovendien over een magisch duo dat het internationale voetbal wist te betoveren.

"Na zo'n lange tijd was dat wel onverwacht, ja, net als het internationale succes van nu", zegt Boeve. "Bovendien zie ik wel meer parallellen: ook nu speelt Ajax met durf naar voren, zoals we dat toen deden onder Johan Cruijff. En door dat succes kregen Ajax en het Nederlands voetbal eindelijk weer wat aanzien in de landen om ons heen."

Wie de kranten van exact dertig jaar geleden erop naslaat, vindt verhalen waarin eenzelfde optimistische en lovende toon doorklinkt als momenteel in de media valt te beluisteren als het over Ajax gaat. Evenals toen zien de kenners een opleving van het klassieke Ajax-spel en wordt alom geconcludeerd dat het totale Nederlandse voetbal aan aanzien wint.

Op de schouders

Ajax bereikte in 1987 de finale door achtereenvolgens Bursaspor, Olympiakos, Malmö en Real Zaragoza te verslaan. Die laatste overwinning (3-0) maakte een groot feest los in het Olympisch Stadion, waar Ajax destijds zijn grote thuiswedstrijden afwerkte. De fans renden het veld op om de spelers op de schouders te nemen.

Een paar weken later konden ze dat feest nog eens overdoen in Athene, toen Ajax in de Griekse hoofdstad ten koste van Lokomotiv Leipzig (1-0) de Europa Cup II veroverde.

Huilen van trots

"Dat was geweldig om mee te maken. Ik heb mensen zien huilen van blijdschap omdat Ajax eindelijk weer meetelde", weet Boeve nog. "En dat is nu weer het geval. Vorige week was ik bij de heenwedstrijd tegen Lyon en toen zag ik net zoiets: iedereen was lyrisch. Ik heb de Arena nog nooit zo mooi gezien."

"Het zal te maken hebben met de aangekondigde naamsverandering van het stadion", verwijst Boeve met een knipoog naar de aangekondigde herdoping van de Arena tot Johan Cruijff Stadion. Inderdaad, de man die in 1987 als coach aan de basis stond van de vorige wederopstanding in Europa.