OM denkt doodslag Nicole van den Hurk toch te kunnen bewijzen
Het Openbaar Ministerie gaat in beroep tegen de uitspraak in de zaak-Nicole van den Hurk. Vorige week werd Jos de G. tot vijf jaar cel veroordeeld voor het verkrachten van het 15-jarige meisje in oktober 1995. Volgens de rechtbank kon doodslag niet worden bewezen. Het OM had 14 jaar geëist, onder meer wegens doodslag.
Volgens het OM zijn er in het dossier voldoende aanwijzingen te vinden om de doodslag wel te kunnen bewijzen. Er is een directe samenhang tussen de verkrachting en de doodslag, vindt het OM. Daarom legt het de zaak nu in zijn geheel voor aan het gerechtshof.
De rechtbank oordeelde dat het meisje ook door een andere, onbekende man om het leven kan zijn gebracht, omdat er op haar lichaam verschillende dna-sporen zijn gevonden.
Onschuldig
Ook Jos de G. gaat in beroep. Hij heeft altijd ontkend dat hij Nicole van den Hurk heeft verkracht. Volgens zijn advocaat Job Knoester is het vonnis niet goed gemotiveerd en staat het vol tegenstrijdigheden.
De rechtbank heeft volgens Knoester cruciale feiten genegeerd. Zo is er wel gekeken naar de leefstijl van de verdachte midden jaren negentig, maar niet naar het gedrag van Nicole. "De rechtbank heeft genegeerd dat zij interesse had in oudere mannen", zegt Knoester.
Ook in de discussie over het dna deugt de motivering van de rechtbank volgens hem niet. En er is niet bewezen dat het meisje is verkracht. "Er wordt alleen gesproken van vermoedens van dwang, zoals dreigen met geweld. Dat is geen hard bewijs."