Balende Verweij: het leek nergens naar

Koen Verweij maakte bij de KNSB Cup na anderhalf jaar afwezigheid zijn rentree op de ijsbaan. Dat ging niet zoals gehoopt: hij reed op de 1.500 meter naar een teleurstellende twaalfde plek, bij lange na niet genoeg voor een wereldbekerticket.

In eerste instantie beende Verweij dan ook boos weg. Maar na een korte afkoelperiode stond hij alsnog Bert Maalderink te woord. "Ik had toch wel gehoopt om hier iets moois te laten zien. Dat zat er helaas niet in. Dus dan baal je wel even."

"Ik laat soms een heel hoog niveau zien, maar soms ook niet. Ik wil er juist aan werken om constant goed te zijn", aldus Verweij. "Ik kwam er totaal niet in. Het was echt een slechte rit. Dat gebeurt uitgerekend nu. Dat moet zo zijn, denk ik."

'Koens kunnen'

Zondag is er nog een herkansing voor Verweij op de 1.000 meter. Maar hij heeft grote twijfels of hij daar wel aan begint. "Ik moet nog maar kijken. Dit leek nergens naar voor Koens kunnen. Misschien is het beter om me de komende tijd te focussen op het grotere doel."

Verweij wil er op de NK afstanden van eind december staan, maar denkt vooral al aan Pyeongchang. "Volgend seizoen moet weer als vanouds heel goed en constant zijn. En dan pieken op de Olympische Spelen, dat is het uiteindelijke doel."

Zo teleurgesteld als Verweij was, zo opgetogen was Sven Kramer na de 1.500 meter. Voor het eerst in jaren legde Kramer weer eens een uitstekende mijl op het ijs. Terwijl het erop leek dat hij juist afscheid had genomen van de 1.500 meter.

"Het knaagt natuurlijk wel altijd een beetje", gaf Kramer toe. "Ik heb het ook wel een beetje laten vieren. Maar soms komt iets naar je toe als je het juist loslaat. Dat is bij deze op de 1.500 meter gebeurd. Ik ga gewoon door zoals het nu gaat, en als het kwartje valt, dan valt het."