'Maar een op de drie veehouders heeft toekomst'

Voor maar ongeveer dertig procent van de Nederlanders veehouders is er een toekomst. Dat adviseert de commissie Duurzame Veehouderij van de Sociaal-Economische Raad (SER).

Volgens commissievoorzitter Ed Nijpels zijn er veel investeringen nodig van bedrijven om duurzaam te worden. Volgens recente rapporten van ING en Rabo is de helft van de Nederlandse varkenshouderijen en pluimveebedrijven niet levensvatbaar.

Nijpels adviseert de overheid om alleen nog de duurzame kopgroep te steunen. "Ook banken moeten de financiering beperken tot de dertig procent meest innovatieve boerenbedrijven", zegt Nijpels.

Stimulans

De vorming van een kopgroep betekent volgens Nijpels niet dat minder duurzame bedrijven beter kunnen stoppen. “Het getal van dertig procent is niet statisch.” De oud-politicus ziet de vorming van de kopgroep vooral als stimulans voor de rest om aan te sluiten.

"Maar er zullen zeker bedrijven zijn die zeggen: 'die investering ga ik niet meer doen. Ik heb daar geen zin in, daar ben ik te oud voor'."

Moeilijk

Ook volgens staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken is het rapport geen voorzet voor een koude sanering. De vorming van een kopgroep betekent ook volgens hem niet dat de rest automatisch afvalt.

Maar de rest krijgt het moeilijk, zo blijkt uit het advies. "Alleen de kopgroep krijgt fiscaal voordeel en toegang tot groenfinanciering. En ze krijgen voorrang bij de verdeling van fosfaatrechten en vergunningen voor bedrijfsuitbreiding."

De stichting Natuur & Milieu reageert teleurgesteld op het advies. "Zonder sanering is het ambitieuze beleid voor duurzame koplopers gedoemd te mislukken. Vreemd dat er geen maatregelen worden voorgesteld tegen boeren in de achterhoede," zegt Tjerk Wagenaar, directeur van Natuur & Milieu.

Staatssecretaris Van Dam komt over een maand met een gedetailleerde reactie namens het kabinet op het advies. De reactie vanmorgen was voorlopig.