Agenten willen zelf dna-onderzoek kunnen doen

Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) en de politie willen met een proef beginnen waarbij de politie zelf sporenonderzoek doet met behulp van een dna-machine.

Als de proef een succes is, krijgen mogelijk meerdere politieregio's zo'n apparaat om dna-onderzoek dat snel moet gebeuren, uit te voeren. Welke regio's er dan mee doen, is nog onduidelijk.

Dna-profiel

"Bij sommige zaken, zoals een moord, kan het belangrijk zijn om zo snel mogelijk een dna-profiel te verkrijgen", zegt projectleider Saskia Verheij van het NFI tegen het AD. Nu moeten sporen, zoals bloed, haren en speeksel, altijd naar het NFI in Den Haag worden gestuurd. Daar worden ze onderzocht.

Het is de bedoeling dat de dna-machine het spoor analyseert en een dna-profiel maakt. De uitkomst wordt daarna naar het NFI gestuurd. Er wordt dan alsnog een deskundig rapport gemaakt, maar zo moet dat wel veel sneller klaar zijn.

Tijdwinst

Volgens een woordvoerder van de politie wordt in de praktijk gemiddeld twee maanden of langer gewacht op een dna-uitslag van het NFI. "Er is veel meer tijdwinst te boeken als de politie een deel van het onderzoek zelf doet", volgens Verheij.

Er zijn nu ook al middelen om in uitzonderlijke gevallen een uitslag van dna-onderzoek binnen zes uur te hebben. Een woordvoerder van het NFI schat dat er van die mogelijkheid een paar keer per jaar gebruik wordt gemaakt.

Subsidie

In november wordt besloten over een subsidie voor het project. Als die subsidie wordt toegekend, moet nog worden gekeken of het idee juridisch haalbaar is. Het zou goed kunnen dat het nog een jaar of twee duurt voordat er met de proef kan worden begonnen.

Als de proef doorgaat is het de bedoeling dat de dna-machines op een centrale plek in een politieregio worden geplaatst. Sporen van een misdrijf worden daarnaartoe gebracht. Het is voorlopig niet mogelijk om het apparaat naar een plaats delict te vervoeren. De strenge eisen voor dna-onderzoek verhinderen dat, meldt het AD.