NOS Sport

Bolt: in Londen was ik een legende, nu kan ik onsterfelijk worden

Opnieuw bewees hij de beste sprinter van de wereld te zijn. Usain Bolt veroverde in Rio de Janeiro zijn derde goud medaille op de 100 meter op rij. Zijn missie is nog niet voltooid. Bolt wil, net als in Peking en Londen, drie keer goud. "In Londen was ik een legende. Hier kan ik onsterfelijk worden in mijn sport", zei hij in gesprek met de NOS.

Waar concurrent Justin Gatlin werd uitgejouwd door het publiek op de volgepakte tribunes, kreeg Bolt een staande ovatie bij binnenkomst en na zijn gouden race. Het publiek scandeerde zijn naam. Het deed de Jamaicaan op zijn laatste Olympische Spelen zichtbaar goed.

"Ik zal me 14 augustus vooral herinneren door de menigte hier op de tribunes. De sfeer in dit stadion was ongekend. Ik ben hier in Brazilië met zoveel liefde ontvangen. Dat had ik niet verwacht. Ik heb er enorm veel energie van gekregen", zei de winnende Jamaicaan, die de sprintwereld al domineert sinds 2008.

Bolt was wel geschrokken van de reactie van het publiek op de entree van Justin Gatlin. De Amerikaan, eerder in zijn loopbaan twee keer op doping betrapt, kon niet op de sympathie van de toeschouwers rekenen. "Dat schokte me. Het is voor het eerst dat ik in een stadion kom waar iemand wordt weggehoond."

Dinsdag staan de series op de 200 meter op het programma. Deel twee van Bolts missie. "Nog twee medailles te gaan", zei hij na zijn sublieme zege. "Nog twee en ik kan afzwaaien." De Jamaicaan bedoelde op olympisch niveau. Volgend jaar bij de WK atletiek neemt hij echt afscheid.

Zilveren Gatlin: tuurlijk haat ik Bolt niet

Gatlin had respect voor Bolt. "Hij verdient bewondering. Ik haat hem zeker niet. Het was een mooi gevecht", zei hij over de Jamaicaanse sprintlegende, die hem opnieuw dwarszat op een belangrijk moment. De Amerikaanse routinier, olympisch kampioen in 2004, had zich vooral gestoord aan de reactie van het publiek.

"Ik heb respect voor mijn tegenstanders, krijg ook respect van hen. Ze moeten zich niet laten leiden door mediaberichten. Ik ben een hardwerkend mens", zei hij over het boegeroep toen hij de baan betrad. Kansloos had hij zich niet gevoeld. "Ik was wel moe. De tijd tussen de halve finales en de eindstrijd was kort. Voor mij in elk geval te kort."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl