Murray wint slijtageslag van Del Potro en pakt goud

Andy Murray heeft net als in Londen het olympisch tennistoernooi gewonnen. In een adembenemende finale wees de Schot de Argentijn Juan Martín Del Potro met 7-5, 4-6, 6-2, 7-5 terug.

Del Potro, die indruk had gemaakt in Rio met zeges op topfavoriet Novak Djokovic (1) en Rafael Nadal (3), kreeg met zijn imponerende forehand ook Murray aan het wankelen. Maar na vier zware sets was de Argentijn aan het eind van zijn latijn.

Een polsblessure hield Del Potro lang aan de kant, maar dat het gewricht weer in orde is, ondervond Murray snel. Op de met lange armzwaaien aangekondigde dreunen had hij geen antwoord, al won hij door fouten van Del Potro wel de eerste set.

In de tweede set liep de Argentijn nog meer om zijn backhand heen om zijn forehand in stelling te brengen en dat werkte. Het leverde hem setwinst op, maar de sloophamer ging zwaarder en zwaarder wegen en Murray kreeg de overhand.

Del Potro richtte zich echter weer op, brak Murray drie keer in de vierde set, maar werd zelf vier keer gebroken, de laatste keer bij een 5-6 achterstand.

Vier jaar geleden won Murray ook goud op de Spelen in Londen, Del Potro veroverde toen de bronzen medaille.

Kei Nishikori veroverde op de Olympische Spelen in Rio brons. In de troostfinale versloeg hij de Spanjaard Rafael Nadal, de olympisch kampioen van 2008, in drie sets.

De Japanner serveerde bij 5-2 in de tweede set al voor de wedstrijd, maar werd door de nooit versagende Spanjaard tot overwerk gedwongen. Na bijna drie uur won hij alsnog, met 6-2, 6-7 (1), 6-3.