Migranten zorgen voor helft bevolkingsgroei

De Nederlandse bevolking van zo'n 16,8 miljoen mensen groeit minder snel dan in het verleden: 0,3 procent per jaar. De helft van die groei komt voor rekening van kinderen van niet-westerse migranten, valt te lezen in De sociale staat van Nederland 2015 van het Sociaal en Cultureel Planbureau.

De autochtone bevolking zorgt duidelijk voor minder natuurlijke aanwas. Het gemiddelde kindertal per vrouw steeg licht tussen 2003 en 2009, maar nam daarna af naar nu 1,68. Overigens is dat nog hoger dan in de meeste andere Europese landen. In Portugal, Spanje, Griekenland, Cyprus en Polen krijgen vrouwen gemiddeld hooguit 1,3 kinderen.

Later trouwen

Het SCP laat ook zien dat het huwelijk steeds minder een noodzaak is bij het stichten van een gezin. Inmiddels is bij geboortes bijna de helft van de ouderparen niet getrouwd. In 2003 was dat nog maar 30 procent.

Er wordt sowieso minder getrouwd en die daling wordt volgens het SCP niet goedgemaakt door een stijging van het aantal partnerschapsregistraties. Nederlanders zijn jaarlijks ook iets ouder als zij voor het eerst trouwen: op dit moment is dat 30,3 jaar bij vrouwen en 32,9 jaar bij mannen. Zweedse mannen (35,7 jaar) en Ierse vrouwen (34,3) zijn in deze categorie het oudst.

Vaker scheiden

De huwelijken die worden gesloten, eindigen vaker in een scheiding. Inmiddels gebeurt dat in 38 procent van de gevallen. Tien jaar geleden was dat nog 6 procentpunt minder.

De "toenemende scheidingstrend", waar het Sociaal en Cultureel Planbureau van spreekt, heeft consequenties. Scheidingen kunnen leiden tot inkomensverlies en geldproblemen. Daarnaast stijgt hierdoor het aantal huishoudens en daarmee de druk op het aantal woningen. Van de ruim 7,6 miljoen huishoudens in Nederland is nu 37 procent een eenpersoonshuishouden.