Toen was de file nog heel ongewoon
Het was lekker weer en bovendien was het een vrije dag. Tienduizenden mensen besloten op Eerste Pinksterdag 1955 om er met de auto op uit te gaan.
Het leidde, terwijl Nederland nog maar 220.000 auto's telde, precies zestig jaar geleden tot een unieke gebeurtenis: de eerste echte file op de snelweg.
Het was weleens eerder druk geweest op de weg, zoals na de stormramp in Borculo (1925) en tijdens de Olympische Spelen in Amsterdam (1928), maar zo vast als die 29ste mei 1955 had het verkeer nog niet gestaan.
Oudenrijn
Op de rotonde bij Oudenrijn bij Utrecht kwamen twee grote verkeersstromen samen: dagjesmensen uit de Randstad die op de Veluwe van de voorzomer wilden genieten en toeristen uit Duitsland die op weg waren naar de Bollenstreek en het strand.
Volgens de ANWB werden bij Oudenrijn die dag maar liefst 50.000 auto's geteld, de hoogste verkeersintensiteit in Nederland tot dan toe.
Verbazing en trots
Automobilisten waren niet chagrijnig over de eerste file, zegt de ANWB. De mensen waren eerder verbaasd dat de auto's vaststonden. Maar er was ook trots, want dit betekende dat Nederland met al die auto's een modern land was geworden.
De overheid was minder tevreden en nam in de daaropvolgende jaren verschillende maatregelen om files te bestrijden. Zo werd het noord-zuidverkeer op drukke dagen naar rechts gedirigeerd, waardoor invoegend verkeer alleen nog met de stroom meeging. Er kwam een derde rijstrook, maar die bracht nauwelijks verlichting doordat er ook meer auto’s kwamen. Zelfs verkeerslichten losten de files niet op.
Nog steeds is Oudenrijn een van de drukste knooppunten van Nederland en staan er regelmatig files.