'Operahuis voor Rotterdam? Investeer liever in talent'

Tien dagen lang staat Rotterdam in het teken van opera tijdens de jubileumeditie van de Operadagen Rotterdam. Dat festival wordt voor de tiende keer gehouden. In een stad zonder eigen operahuis. Voor artistiek leider Guy Koolen hoeft dat er ook niet te komen. "Wij investeren liever in talent dan in bakstenen."

Voor de goede orde: Koolen heeft niets tegen operahuizen. "Maar het legt je ook beperkingen op. Je zit vast aan één of twee zalen. En het brengt allerlei kosten met zich mee. Vaak blijkt de exploitatie veel duurder dan verwacht en dan is er geen geld meer over voor het programma. Bovendien hebben we gewoon al een mooie schouwburg."

Die schouwburg is ook een van de partners van de Operadagen, net als Luxor en De Doelen. Veel optredens vinden daar ook plaats. Maar lang niet allemaal: van het stationsplein tot huiskamers tot het dak van een warenhuis, voorstellingen zijn door heel Rotterdam te vinden. "De hele stad is het podium."

Pruiken

Dat is ook de reden dat een eigen operahuis niet de hoogste prioriteit heeft voor Koolen. "De meeste artiesten waar wij mee werken zijn heel erg bezig met andere vormen van opera. Vormen waar het publiek door geprikkeld wordt. Jong publiek zegt vaak: oei, we zien helemaal geen kostuums en pruiken. Het oudere publiek heeft daarom nog dubbel plezier in wat hier gebeurt. Zij weten waar wij mee bezig zijn."

En dat is met ruim baan geven aan jong talent. "Dat is waar wij alle beschikbare middelen in willen investeren. We zijn meer en meer een centrum geworden voor opera in Europa waar mensen vooral heen komen om te kijken naar jong talent, ook buitenlandse scouts. Het wordt internationaal opgepikt dat wij hier iets unieks doen."