In werkelijkheid zagen de papiertjes er minder gaaf uit
NOS Nieuws

Tekens van leven langs spoor naar de dood

  • Karin Alberts

    Verslaggever

  • Karin Alberts

    Verslaggever

"Het waren maar vodjes." Henk Strating beschrijft de briefjes die hij als kleine jongen tijdens de oorlog vond langs het spoor in Winschoten. Het waren levenstekens van Joden die in de Tweede Wereldoorlog uit Westerbork naar de concentratiekampen in Duitsland en Polen werden vervoerd.

Woorden die een nieuw leven kregen: "Geliefde Ap, voor ieder een afscheidskus. Tot ziens. Ik zal me taai houden." De tekst staat op een van de herinneringsborden die vandaag zijn onthuld op stations in Hoogezand, Zuidbroek, Winschoten en Bad Nieuweschans.

Berichten voor de achterblijvers

De oorspronkelijke boodschap moet ergens tussen 1942 en 1944 uit de trein zijn geworpen en later gevonden, misschien wel door Strating of een van zijn vrienden.

De hedendaagse treinreiziger ziet naast de tekst afbeeldingen van lachende kinderen en ernstig kijkende volwassenen. Foto’s van Joden die met de trein werden weggevoerd om nooit meer terug te komen.

Onthulling van een van de borden

De herinneringsborden zijn een initiatief van Herinneringscentrum Kamp Westerbork, gemeente Oldambt en Landkreis Leer net over de grens in Duitsland.

"De geschiedenis van de Jodenvervolging is niet alleen iets van Westerbork, die is van overal", zegt directeur Dirk Mulder van Kamp Westerbork. "In alle steden werden Joden naar het station geroepen om van daaruit naar Westerbork te worden vervoerd. Met deze borden laat je reizigers zien dat de plek waar jij dagelijks komt, een geschiedenis heeft."

Strating had de gesloten goederenwagons wel eens gezien, hoewel hij meestal op school zat als de treinen op dinsdagochtend voorbijkwamen. De papiertjes met bijna onleesbare potloodkrabbels, hielden Strating en zijn vrienden bezig. Na schooltijd raapte hij ze op. "We wisten niet waar ze vandaan kwamen. Thuis hadden we het er wel eens over."

Dat er Joden in de treinen zaten, wisten ze eerst niet. "Ook bij anderen was dat niet bekend, anders hadden we het wel gehoord."

De enkele keer dat Strating de trein met eigen ogen zag, moest hij op afstand blijven. "Er was altijd een personenwagon bij met soldaten. Zodra de trein stopte, omdat op het enkele spoor een andere trein moest passeren, gingen de Duitsers om de trein staan. Je kon er niet bij."​

Wat deden ze met die rommelpapiertjes?

Henk Strating

Strating weet niet meer wie het was, maar iemand vertelde hem dat er mensen in de wagons zaten. "En of we de papiertjes op een adres aan de Stationsweg in de bus wilden stoppen."

Dat deed Strating, zonder te weten waarom iemand toch belangstelling had voor de vochtige wc-snippers. "Wat deden ze met die rommelpapiertjes?"

Naar later bleek was de brievenbus waarin de boodschappen belandden van iemand uit het verzet. Meer dan zeventig jaar later is Strating blij met de herinneringsborden. "Er zijn steeds minder mensen die het hebben meegemaakt. Zo blijft de herinnering levend."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl