Hella de Jonge in gesprek met premier Rutte tijdens de premiere van haar film
NOS Nieuws

Verlies niet de moed: aangrijpende documentaire

  • Jeroen Wielaert

    Verslaggever

  • Jeroen Wielaert

    Verslaggever

Heel Nederland kon het meezingen: Het zal je kind maar wezen, de hit uit de serie 't Schaep met de 5 Poten. Het was één van de grootste successen van tekstschrijver Eli Asser (1922). Zijn dochter Hella was er helemaal niet zo blij mee. Het kwetste haar diep. Ze werd gekweld door oorlogtrauma’s.

In de documentaire Verlies niet de moed heeft ze die allemaal verwerkt. Gisteren ging hij in première in Tuschinski. Onder de genodigden bevonden zich premier Rutte, minister Plasterk, Herman van Veen, Boudewijn de Groot en Paul van Vliet.

Het maken van de film was een persoonlijke urgentie voor Hella de Jonge (1949). Een waarheid die verteld moest worden, in wat een zoektocht werd naar het verborgen familieverhaal van de Tweede Wereldoorlog. Het is aangrijpend en herkenbaar. Vooral voor hen die ook tientallen jaren het liefst zwegen over de oorlog.

Gebrek aan warmte

Eli en zijn vrouw Eva Asser overleefden de bezetting en gingen daarna gebukt onder zware schuldgevoelens jegens de familieleden en de bekenden die waren vermoord in verre concentratiekampen. Ze vonden het een plicht om voor nageslacht te zorgen, maar konden die geen liefde geven. Geen kind kon de doden vervangen.

Voor de jonge Hella voelde het aan als een gebrek aan warmte. Het maakte haar dwars, als puber en jonge vrouw. Dat komt ook tot uiting in het begin van de documentaire. Ze is inmiddels veel ouder, maar nog steeds tegendraads, bozig.

Nederland kent Eli Asser vooral van de vrolijke kant. "Het was mijn antwoord aan meneer Hitler", zegt hij in de film. Asser brak al in 1953 door als tekstschrijver. Met 't Schaep met de 5 Poten, de serie die in 1969 op de vaderlandse televisie begon, nam zijn populariteit sterk toe. In die tijd had Hella al verkering met een jongen die aanvankelijk niet zo in de smaak viel bij haar ouders: een predikantenzoon, de aanstormende cabaretier Freek de Jonge.

Eli Asser in 2006

"Verlies niet de moed", waren de laatste woorden van de moeder van Eli Asser, voor haar deportatie naar Auschwitz. In de documentaire volgt Hella de Jonge het spoor terug, één van de belangrijke verhaallijnen van de documentaire. Op de Blauwbrug over de Amstel vertelt de inmiddels hoogbejaarde Asser hoe hij als jonge man van rond de 20 terugkeerde van een bezoek aan zijn Eefje.

Nog wat dromerig komt hij aanlopen en wordt staande gehouden door een politieagent die onderdeel uitmaakt van een cordon SS'ers dat de brug heeft afgesloten. In de Jodenbuurt is de eerste grote razzia gaande. De agent maant de jonge man om te keren. Het is het begin van de onderduikjaren.

Met Eef komt Eli terecht in de Joodse psychiatrische inrichting het Apeldoornsche Bos. Ze denken daar de oorlog te kunnen overleven als verplegers, tot het bericht komt van een aanstaande Duitse deportatie. Ze bespreken drie keuzes: mee op transport met de patiënten, zelfmoord plegen, of vluchten. Ze kiezen voor het laatste, in januari 1943.

Zeventig jaar later komt Hella met haar vader terug bij de sloot waar ze overheen moesten, voordat ze uit Apeldoorn terugliepen naar Amsterdam, vanwaar ze weer uitweken naar nieuwe onderduikadressen.

Ontroerd

Een ander belangrijk onderdeel is de doos die Asser altijd bewaard heeft. Hij komt tevoorschijn als hij naar een benedenwoning moet verhuizen. Aan zijn dochter vraagt hij om ‘de rommel’ te komen ophalen. Het blijkt het erfgoed te zijn van haar lievelingstante Ro, de vrouw die haar de aandacht schonk die ze nooit van haar moeder kreeg.

Er komen foto’s tevoorschijn van overgrootvaders die ook al optraden als komedianten. En documenten uit de oorlog die veel duidelijk maken. Eli Asser kan er nu niet meer over zwijgen tegen Hella. Dan wordt het aangrijpend, emotioneel. Dan bloeit voor het eerst na al die jaren de liefde op tussen vader en dochter. Ook de premier was ontroerd.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl