Verdachten van mensenhandel voor de rechter

Twee mannen en een vrouw uit Den Haag moeten vanmiddag voor de rechter verschijnen omdat ze worden verdacht van mensenhandel en mensensmokkel. De drie hebben vermoedelijk meer dan 35 Indonesiërs gehuisvest en aan het werk gezet onder slechte omstandigheden.

Ze lieten de illegale Indonesiërs voedsel bereiden voor een Indonesische eettent, waarbij werkdagen van 13 tot 15 uur gemaakt werden en de keuken provisorisch was ingericht. Er werd ook 's nachts gewerkt. De werknemers sliepen op matrassen tussen het ongedierte en de gemiddelde temperatuur in de slaapruimte zou zo'n 50 graden geweest zijn.

De mannen en de vrouw werden in 2009 aangehouden. Hen hangt een maximale gevangenisstraf van acht jaar boven het hoofd. In de zaak zullen nog vier verdachten voor de rechter moeten komen, waarschijnlijk voor mensensmokkel en illegale tewerkstelling.

Bijbanen

Advocaat Groenendijk van de verdachten verwacht dat de zaak uitloopt op vrijspraak. Volgens haar zijn er getuigen gehoord in Indonesië en die hebben verklaard dat de groep Indonesiërs vrijwillig naar Nederland is gekomen en dat ze ook niet gedwongen werden om te gaan werken.

Ook zouden sommige van de werknemers bijbanen hebben gehad, naast de werkzaamheden voor de eetgelegenheid. Zo zwaar zijn de werkomstandigheden dus niet geweest, concludeert de advocaat.

Nederlandse maatstaven

In een vorige mensenhandelzaak besloot de Hoge Raad dat het niet belangrijk is of mensen al dan niet vrijwillig naar Nederland zijn gekomen, maar dat vooral gekeken moet worden naar de werkomstandigheden in Nederland.

Die werkomstandigheden moeten volgens de Hoge Raad beoordeeld worden naar Nederlandse maatstaven en niet naar die van het land van herkomst, zoals eerder door rechters was bepaald.

Tot nu toe zijn er in Nederland vijftien mensenhandelzaken voor de rechter gebracht. Slechts drie daarvan leidden tot een veroordeling.