Delft in afwachting van de bevrijders · NIOD / Beeldbank WOII

Verwarring in West-Nederland: waar blijven de bevrijders?

In dorpen en steden in West-Nederland heerst verwarring. Nederland is bevrijd, maar waar blijven de bevrijders?

Massaal gingen mensen gisteren de straat op, getooid in oranje en klaar voor het grote bevrijdingsfeest met de geallieerden. Maar dat bleef uit. Velen keerden tenslotte teleurgesteld terug naar huis.

Ergens klopte er iets niet, vertelt een 38-jarige onderwijzer uit Delft. "Nog nooit zag ik zoveel vlaggen bij elkaar, een prachtig schouwspel. Maar één ding ontbrak en dat was de vlag aan de openbare gebouwen. Toch moest die er zijn, wilde het feit van de capitulatie in onze stad officieel vast staan."

Geruchten deden de ronde, dat de Duitsers weigerden zich over te geven, dat er nog gevochten werd, dat Duitse soldaten dreigden met represailles tegen feestvierende burgers. Niemand begreep waarom er geen geallieerde autoriteit verscheen die het gezag van de Duitsers overnam.

De stemming was vanochtend zo bedrukt, dat de Delftse onderwijzer besloot binnen te blijven totdat de vrede een onomstotelijk feit zou zijn.

Overgavebevelen

Intussen zijn de Duitse generaal Blaskowitz, bevelhebber van de Duitse bezettingsmacht in Nederland, en de Canadese luitenant-generaal Foulkes vanmiddag opnieuw bijeengekomen in Wageningen. Gisteren stemde Blaskowitz in met het document met de overgavebevelen (Orders on the Surrender), waarin de uitvoering van de onvoorwaardelijke capitulatie staat beschreven. Foulkes had hem daarvoor, onder grote belangstelling van de pers, naar hotel De Wereld laten komen.

Blaskowitz vroeg (en kreeg) 24 uur uitstel om zijn troepen in te lichten en om de informatie die van hem gevraagd werd te kunnen leveren.

Generaal Blaskowitz na de besprekingen in de Landbouwhogeschool in Wageningen · NIOD / Beeldbank WOII

Die relevante militaire informatie over onder meer de plaats en de staat van de Duitse troepen, de militaire voorraad en installaties en de gelegde mijnenvelden, heeft Blaskowitz vanmiddag verstrekt aan de Britse bevelhebber van de 49ste Infanterie Divisie. Deze moet de Brits-Canadese opmars naar het westen van Nederland voorbereiden, die nu ook met een dag vertraagd is.

In de aula van de Landbouwhogeschool in Wageningen hebben de Duitse en Canadese delegaties de gedetailleerde technische uitwerking van de Duitse terugtrekking nader uitgewerkt. Dat document is vanmiddag door Blaskowitz en Foulkes ondertekend.

De betekenis van die vrijheid is moeilijk in woorden uit te drukken.

Onderwijzer in Delft

In West-Nederland heeft de bevolking van de precieze afspraken nog geen weet en blijft men ongeduldig uitkijken naar de bevrijders. In Delft golfde vanmiddag om 16.00 uur een vloed van vreugde door de straten toen eindelijk de Nederlandse vlag op de 'Oude Jan' verscheen, vergezeld van het galmen van de zware Boudonklok.

De straten stroomden vol met dansende en juichende mensen en de burgemeester sprak zijn stadgenoten toe. "Wij zijn vrij!"

"De betekenis van die vrijheid is moeilijk in woorden uit te drukken", vertelt de Delftse onderwijzer, die samen met drommen mensen naar de markt is gekomen. "Vijf jaar onder het juk van een nietsontziende vijand te hebben geleefd vallen zo in een paar minuten niet weg."

Niet meer schrikken

"Maar wat ik wel kan beseffen, is dat er spoedig voedsel zal komen, dat er weer gas, licht en water zal zijn, dat de trein en de tram weer zullen rijden, dat onze mannen die als dwangarbeiders in Duitsland werkten zullen terugkeren, dat gezinnen herenigd zullen worden daar waar de marteling geen dodelijke gevolgen heeft gehad, dat ik niet hoef te schrikken als er 's avonds laat wordt aangebeld, dat er weer normale school- en werktijden zullen komen, en ga zo maar door. "

"Al die dingen gaan in me om, niet tegelijk, ook niet stuk voor stuk, soms wellen er een aantal in mijn bewustzijn naar boven, blijven even hangen en zakken weer weg, tot een andere in een snelle flits door mijn brein schiet."

Geen strijdtoneel

Vreselijk vindt hij het, dat de mensen in het westen zo hebben geleden onder de honger, maar het had nog erger kunnen aflopen.

"Er zijn mensen met tientallen ponden aan gewicht afgevallen. Men ziet gezichtjes amper twee vuisten groot, die nog slechts karikaturen zijn van de foto's op hun persoonsbewijs. Voor één ding zijn we, godzijdank, gespaard gebleven: het westen is geen strijdtoneel geworden. Dat had naast de duizenden, die nu door honger stil het toneel verlaten hebben, nog eens duizenden en duizenden mensenlevens gekost."

Dat de geallieerden ook vandaag nog niet zijn verschenen, neemt hij nu voor lief. "We wachten hun komst, fris en monter, nog steeds af."