Gevechten rond het nabijgelegen Hengelo · Nationaal Archief

Groep spelende kinderen gedood door granaat

Twee dagen geleden werd het Gelderse dorpje Baak bevrijd, maar de vreugde was van korte duur. Baak is in diepe rouw, nadat vandaag door een granaatinslag negen mensen zijn omgekomen, onder wie zes kinderen.

De 7-jarige Gerard Donderwinkel heeft alles zien gebeuren. "Het was zo'n enorme klap dat het hele raam en kozijn waar ik in zat eruit vlogen. De mensen die ervoor stonden, vielen allemaal ondersteboven. Vreselijk om dat aan te zien. Her en der lagen de mensen."

Baak was tot nu toe redelijk schadevrij door de oorlog gekomen, maar nu treft een ramp de gemeenschap. De familie Schooltink verloor in een klap drie zonen: Theo van 5, Joosje van 7 en Benny van 16. Het is nog niet bekend waar de granaat vandaan kwam.

Eindelijk weer buitenspelen

De afgelopen weken stuitten de oprukkende geallieerden in het oosten van Nederland onverwachts op felle tegenstand van de Duitsers. Door de hevige gevechten in dit gebied hadden de kinderen in Baak de laatste week voor de bevrijding doorgebracht in schuilplaatsen.

Op 2 april werden de laatste bezetters door de geallieerden met een vlammenwerper een loopgraaf ingejaagd en gevangengenomen: Baak was vrij. Voor de kinderen was de bevrijding dubbel feest: eindelijk mochten ze weer buiten spelen.

Een groepje kinderen speelde voor de winkel van meneer Schooltink, onder wie Gerard en zijn vriend Theo Dahlhuis. "De granaat viel precies op de oprit van Schooltink", vertelt Gerard.

Theo heeft de ramp vanaf een afstandje zien gebeuren. "De kinderen die een meter of vijf voor de winkel van Schooltink stonden, zijn omgekomen. Gerard heeft geluk gehad dat hij tegen de muur bij het raam aan stond. Ik stond gelukkig aan de andere kant van de winkel."

Onzekerheid

De gewonden werden meteen na de inslag door geallieerde militairen in voertuigen geladen en weggevoerd. Familieleden van de gewonden kregen pas later vandaag te horen dat zij naar het ziekenhuis in Nijmegen gebracht werden.

Vele achterblijvers leven nog steeds in onzekerheid over hoe hun afgevoerde familieleden er momenteel aan toe zijn. Zo weet ook Theo nog niet of zijn weggevoerde broer de ramp zal overleven.