Tourfans vieren extra kerkdienst in de openlucht

De Utrechtse binnenstad is dit weekend vrijwel onbereikbaar voor auto’s. En dus is het zondagochtend voor veel kerkgangers moeilijk om de wekelijkse dienst bij te wonen. Vervelend? Nee hoor, vindt Henk Korf, voorzitter van de Utrechtse Stedelijke Raad van Kerken. “Wij vieren ons eigen feestje, vanavond.”

“Kom uit je kerk en vier een feestje met gelijkgestemden!” Dat is zijn oproep aan alle gelovigen die dit weekend in de stad zijn. Niet alleen aan Nederlandse bezoekers; iedereen, van alle nationaliteiten, is welkom op het Nicolaaskerkhof.

“Ik wil niet het woord kerkdienst gebruiken, meer het woord viering. Dat klinkt iets luchtiger. Kerkdienst is meteen zo formeel. We doen het buiten, hier mooi onder de bomen, in de schaduw”, zegt Korf.

In de luwte

“Het Domplein ligt natuurlijk enorm voor de hand, maar daar verga je van de herrie van de dingen die er omheen zijn. Het Nicolaaskerkhof ligt een beetje in de luwte van alle evenementen in de stad."

“Mocht het slecht weer worden, dan kunnen we de Nicolaïkerk in. Maar we hopen dat dat niet nodig zal zijn, want als je binnen zit is het meteen weer zo ‘kerk’. Dat willen we nou net niet. We willen het feestje juist buiten de deur hebben”, aldus Korf.

Korf ziet geen probleem met komst van anderstalige gasten en vertalingen van de lezing. “Het wordt natuurlijk vervelend als je een verhaal zes keer moet horen. Dan lopen mensen weg. Dus we hebben een evangelie-lezing die heel kort is en die eindigt met het verhaal van ‘de laatsten zullen de eersten zijn’.

“In ons evangelie kunnen we allemaal winnaar zijn. Dat hanteren we. De inleiding wordt eerst in het Nederlands gelezen en daarna in het Duits, in het Deens, in het Frans en in het Engels. Dat is vrij kort. We willen voorkomen dat mensen zich gaan vervelen.”

De viering wordt vooral gevuld met muziek. "Ook die doen we in verschillende talen. We eindigen met een bekend gezang dat wordt meestal in het frans gezongen, maar we hebben het in alle andere vier talen afgedrukt. Dus iedereen kan het in zijn of haar eigen taal meezingen.”

“Dat wordt een geweldige kakafonie, maar dat is niet erg. Want bij een feestje praat je ook door elkaar. Je hoort dan andere mensen ook wel praten, maar ze storen je niet in jouw conversatie. Dus laten wij dat ook doen en vooral met elkaar feest maken.”