Kramer dominant én kwetsbaar
Sven Kramer greep dinsdag in Sotsji opnieuw naast een olympische gouden medaille op de 10.000 meter. Hij heeft na drie Olympische Spelen nog altijd geen goud weten te veroveren op de langste schaatsafstand. Vanaf de Spelen in Turijn (2006) reed Kramer 37 wedstrijden op de tien kilometer, waarvan hij er acht niet wist te winnen. Dat gebeurde uitgerekend op een aantal cruciale momenten.
In 2006 maakte Kramer voor het eerst de Spelen mee. In Turijn was hij nog een talent en had hij nog niet de status die hij nu heeft. Op 19-jarige leeftijd werd hij zevende en zag hij Bob de Jong olympisch kampioen worden.
Één tweede plaats
Daarna ging het snel met de opmars van Kramer. Tot de Spelen van Vancouver (2010) verscheen Kramer 21 keer aan de start van de 10.000 meter. Hij won in die periode vrijwel alle wedstrijden. Slechts één keer moest hij genoegen nemen met de tweede plaats. Dat gebeurde op 24 december 2006 bij de NK allround.
Op de Olympische Spelen van Vancouver leek vervolgens niets een gouden medaille in de weg te kunnen staan. De welbekende verkeerde wissel gooide echter roet in het eten en weer moest hij vier jaar wachten op olympisch succes.
Blessure
Het seizoen dat volgde miste Kramer volledig door een blessure aan zijn bovenbeen. Op 6 november 2011 maakte hij na een jaar afwezigheid zijn rentree met een derde plaats op de 10.000 meter bij de NK afstanden in Heerenveen. Drie weken later eindigde de TVM-rijder op een pijnlijke negende plaats bij een wereldbekerwedstrijd. Hij werd die dag voor de eerste keer verslagen door Jorrit Bergsma.
Het was duidelijk dat hij na zijn blessure op de beslissende momenten kwetsbaar was. Hij haalde nooit meer het constante en dominante niveau dat hij in de jaren tussen Turijn en Vancouver etaleerde. Van de elf verreden wedstrijden op de tien kilometer sinds 2010, wist hij er 'slechts' zes te winnen. Bij de NK allround in 2012/2013 eindigde hij achter De Jong, bij de WK afstanden in 2013 was alleen Bergsma beter en op de huidige Spelen was Bergsma opnieuw de baas.
Met de wetenschap dat Kramer 27 is, lijkt het erop dat hij nog één kans heeft om olympisch goud te winnen op de tien kilometer. In het Zuid-Koreaanse Pyeongchang vinden in 2018 de volgende Winterspelen plaats. Of hij dan wel de beste is, moet de toekomst uitwijzen.