Aan de overkant van het IJ staat de nieuwe A'DAM Toren, met een prachtig uitzicht over Amsterdam. Hij is pas een weekje open, maar nu al komen mensen genieten van het uitzicht. En dat wilden wij ook wel eens zien, dus gingen we langs met een 360-camera.
De afgelopen week zijn er al duizenden bezoekers langsgeweest. Tot nu toe vooral Nederlanders. "Die hebben er bijvoorbeeld al ergens over gelezen. Maar we zien ook al wel buitenlandse toeristen", zegt ontwikkelaar Sander Groet.
De 17 miljoen mensen die Amsterdam elk jaar bezoeken, konden tot nu toe nog niet terecht bij een echt uitzichtpunt. "Amsterdam heeft veel andere attracties, maar dit is echt nieuw", zegt docent toerisme aan de Hogeschool Inholland, Karel Werdler.
Dat het met de hoogte ook wel weer meevalt (het gebouw heeft 22 verdiepingen en is nog geen 100 meter hoog) maakt volgens Werdler niet zo veel uit: "Amsterdam is best een platte stad en door de ligging van de toren, aan het IJ in Amsterdam-Noord, kun je heel ver kijken. Ook naar de gebieden om Amsterdam heen."
'17 euro is redelijke prijs'
Om op de 22e verdieping te komen, moet je 17 euro betalen. "Dat is misschien veel, maar naar Europese verhoudingen is de prijs niet hoog. In Londen vragen ze voor uitkijktoren The Shard (310 meter) 35 euro. Dus deze prijs is best redelijk", vindt Werdler.
Groet hoopt uiteindelijk op zo'n 400.000 betalende bezoekers per jaar. Een schatting die hij baseert op andere attracties in Amsterdam en de populariteit van observatiepunten in andere steden. "Dat zijn vaak toch top 5-attracties." Daarmee zou A'DAM in het rijtje Rijksmuseum, Anne Frankhuis en de Wallen komen te staan: dé toeristische trekpleisters van de hoofdstad.