In Venezuela worden met Pasen traditiegetrouw poppen op straat verbrand, normaal als symbool voor de verbranding van Judas. Maar dit jaar hebben Venezolanen ook poppen gemaakt van de Amerikaanse president Obama en Nicolás Maduro, de president van Venezuela.
In Venezuela zijn grote tekorten aan voedsel, medicijnen en andere producten. De tekorten lopen steeds verder op, omdat de olieprijs terugloopt. Olie is de belangrijkste bron van inkomsten voor de Venezolaanse regering. Inwoners moeten daarom in lange rijen staan voor de supermarkt.
De woede van de inwoners heeft te maken met de oplopende spanningen tussen de VS en Venezuela. De VS heeft sancties opgelegd tegen het land, waarna president Maduro een handtekeningenactie in eigen land startte om Obama te overtuigen de maatregelen terug te draaien. De inwoners maken zich ondertussen meer zorgen om de tekorten in het land.
Een student zegt tegen persbureau AFP: "Maduro heeft ons verraden. Niet alleen ons als studenten, maar alle Venezolanen. Hij is bezig met het verzamelen van handtekeningen voor dingen die niets te maken hebben met het land. Daarom verbranden we Maduro in plaats van Judas."
Veel inwoners van Venezuela zijn het niet eens met de regering, er worden vaker anti-regeringsdemonstraties gehouden. In februari kwam daar een 14-jarige jongen bij om het leven.