En opnieuw zijn er 120 nieuwe Nederlandse militairen naar Mali gestuurd. Gisteren vertrokken ze van vliegbasis Eindhoven. Onder hen ook 8 nieuwe Apache-vliegers. Voor hen was het vertrek extra beladen: het ongeluk van twee collega's twee weken geleden ligt nog vers in het geheugen.
De Nederlandse Apache-vliegers zijn een klein clubje. "We zijn met zo'n 50 vliegers, allemaal gestationeerd in Gilze-Rijen", zegt vlieger Boudewijn (27). Hij kende de verongelukte vliegers erg goed: "Ik ben samen met René en Ernst op uitzending geweest. We gingen samen oefenen in Amerika en Engeland. Dan leer je elkaar echt goed kennen."
Het waren meer dan collega's. Het waren echte vrienden.
"Zelf was ik in de VS toen ik hoorde dat René en Ernst er niet meer waren. Ik ben gelijk in het vliegtuig gesprongen," zegt Boudewijn: "Iedereen kwam naar de basis om de families te steunen en te helpen met de uitvaart. Dat geeft maar aan hoe hecht de groep is."
Het onderzoek naar het ongeluk is nog niet afgerond. Het team dat de oorzaak van de crash moet uitzoeken is al wel terug in Nederland. Toch stapt Boudewijn zonder moeite weer in de Apache: "Natuurlijk ben ik heel benieuwd naar de uitkomst, maar ik ken de Apache goed. Het is een hele goede machine," zegt hij.
Iedereen kwam naar Gilze-Rijen, om erover te praten en het samen te verwerken.
In totaal werken er zo'n 450 Nederlandse militairen in Mali. Ze zijn daar onderdeel van de VN-vredesmacht Minusma. Boudewijn was er vorig jaar april nog: "Ik zat in de eerste groep die naar Mali werd gestuurd. We hebben de Apache's naar Gao gevlogen, waar ze nu hun werk doen."
De Nederlanders zijn daar, zo zeggen ze zelf, de 'ogen en oren' van de VN-missie. De vliegers verzamelen inlichtingen over gewapende jihadi's en rebellen in Mali. Maar daar hebben de ogen en oren van Boudewijn wel wat hulp bij nodig: "De camera's van de Apache kunnen kilometers ver kijken en enorm inzoomen. Dus dan kunnen we goed zien waar de groepen zich bevinden en wat voor wapens ze hebben."
Drie maanden op missie
De gevechtshelikopters bieden ook luchtsteun aan VN-militairen op de grond, bijvoorbeeld aan de Nederlandse commando's en mariniers die in Mali rondrijden. "Het is een intensieve missie, we zijn constant bezig," zegt Boudewijn: "Daarom duurt een missie relatief kort, drie maanden." Er zijn 8 Apache-vliegers per keer in Mali, die om de beurt op 4 Apaches vliegen. Daarnaast zijn er ook 3 Chinook-vrachthelikopters in Mali.
Islamitische strijders en nationalistische Toearegs veroverden in 2012 grote delen van Mali. Zij werden teruggedrongen dankzij een Franse interventiemacht, maar het bleef onrustig in het land. Daarom is er sinds 2013 een VN-missie actief, waar ondertussen 40 landen aan meedoen.