Afrekenaars, cijferfetisjisten en te eenzijdige beoordeling op resultaten. De kritiek van docenten en schoolleiders op de werkwijze van de onderwijsinspectie houdt al jaren aan. Dat moet anders. Daarom experimenteert de inspectie met een nieuwe aanpak van het toezicht op scholen.
Nieuwsuur kijkt twee dagen mee tijdens het inspectiebezoek 'nieuwe stijl' op de Christelijke Scholengemeenschap Dingstede in Meppel. Deze school voor mavo, havo en vwo doet als een van de eerste middelbare scholen mee aan de pilot. Lees hier meer over het inspectiebezoek aan de school.
Naast de strenge beoordelaar wordt de onderwijsinspectie nu ook een kritische vriend. Inspecteurs gaan in gesprek met de schoolleiding, docenten en leerlingen. Wat is de visie en het beleid van de school op het onderwijs?
De inspecteurs toetsen of die visie in de praktijk is terug te zien en adviseren scholen over verbeterpunten. Deze aanpak geldt alleen voor scholen met voldoende kwaliteit. Voor zwakke scholen blijft de strenge aanpak gelden.
"We kijken verder dan de basiskwaliteit", zegt Annalie Osinga, inspecteur voortgezet onderwijs. "We vragen aan de school wat ze willen, waar wij naar moeten kijken. We proberen een goed gesprek te voeren en iets toe te voegen aan wat de school al doet."
Het gaat langzaam maar zeker de kant op dat de inspectie niet langer alle scholen in het land in een mal probeert te persen.
De politiek wil al jaren dat de inspectie anders te werk gaat. Eind vorig jaar nam de Tweede Kamer het initiatiefwetsvoorstel-Bisschop aan. Volgens de indieners sluit de pilot voor het vernieuwde toezicht aan bij deze nieuwe wet.
"Het gaat langzaam maar zeker de goede kant op", zegt D66-Kamerlid Paul van Meenen. "Dat het veel meer gaat om het eigen verhaal van de school en de docenten. Dat de inspectie niet langer met een mal door het land reist en alle scholen daarin probeert te persen."
Voldoende of goed
Een school kan op dit moment alleen met zeer zwak, zwak of basistoezicht worden beoordeeld. Staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs wil dat het basistoezicht verandert in twee oordelen: voldoende en goed.
De indieners van de initiatiefwet zijn daar zeer kritisch over. "Wat voor de ene leerling een uitstekende school kan zijn, kan voor een andere leerling juist een heel knellend systeem zijn. Dus zo'n waardeoordeel voldoende of goed is zeer beperkt", zegt Kamerlid Roelof Bisschop (SGP).
Van Meenen (D66): "Het is niet de rol van de overheid om te zeggen: als je echt een lekkere rookworst wil kopen, moet je bij slagerij Van Kampen zijn. Dat is wel wat dit kabinet nu met het onderwijs wil doen."
De VO-raad, de koepel van middelbare scholen, en Verus, vereniging van katholieke en christelijke scholen, zijn ook kritisch over dit punt van het nieuwe inspectietoezicht. Het doet volgens de scholenorganisaties geen recht aan de pedagogische verschillen tussen scholen.
De onderwijsinspectie experimenteert op CSG Dingstede in Meppel met het toekennen van voldoende of goed. "Dingstede heeft nu op twee terreinen het oordeel goed", zegt inspecteur Annalie Osinga. "Ze zien het als een waardering, een steun in de rug. Het is nu geen belemmering voor de dialoog met de school. Hoe het straks uitpakt als we een totaal oordeel geven, is lastig te overzien."