Bijna een jaar na de aanslag zijn de daders van de ramp met vlucht MH17 nog niet opgespoord en opgepakt. Nederland zet zich al wel in voor een tribunaal dat de daders moet berechten. Maar wat voor tribunaal dat moet worden, is nog niet duidelijk.
Dat kan een nationale rechtbank zijn in Nederland of een van de andere betrokken landen, een internationaal tribunaal onder toezicht van de Verenigde Naties, of het Internationaal Strafhof in Den Haag. Minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken is in overleg de Veiligheidsraad en andere landen over deze mogelijkheden.
Nieuwsuur spreekt met minister Bert Koenders, politici uit Oekraïne, hoogleraar internationaal strafrecht Göran Sluiter en de Amerikaanse oud-minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright.
Vijf dagen na het neerstorten van vlucht MH17 deed oud-minister Frans Timmermans een emotionele oproep aan de Veiligheidsraad. Hij zei: "Nederland verwelkomt het opzetten van een onderzoek naar de oorzaak van de tragedie. Nederland neemt de leidende rol in het onderzoek, in samenwerking met de betrokken landen, de VN en de luchtvaartorganisatie ICAO."
"Als dit onderzoek duidelijk maakt wie verantwoordelijk is voor het neerstorten van MH17, moet recht worden gedaan. We zijn dat verschuldigd aan de slachtoffers, aan de rechtvaardigheid en aan de mensheid." De Veiligheidsraad nam vervolgens VN-resoluties 2166 en 2202 aan.
Internationaal tribunaal
Een internationaal tribunaal, onder de hoede van de Verenigde Naties, heeft de voorkeur van Oekraïne. Dat zeggen twee toonaangevende politici tegen Nieuwsuur. Volodimir Groisman, de parlementsvoorzitter, pleit voor een internationale benadering, hij noemt een VN-tribunaal de basis om mensen voor het gerecht te krijgen.
Die voorkeur wordt gedeeld door speciaal gezant Dmitro Koeleba. "Volgens mij moet het een internationaal proces zijn. Want het is geen lokaal probleem, het is groter dan alleen Oekraïne. Het heeft een internationaal karakter. Het zou goed zijn als het loopt via internationale jurisdictie."
Milosevic
Een voorbeeld van een succesvol VN-tribunaal is het Joegoslaviëtribunaal. Dat tribunaal werd opgericht in 1993 in Den Haag, en wist enkele hoofdverantwoordelijken van zware mensenrechtenschendingen in Joegoslavië te veroordelen. Zo werden de Bosnisch-Servische leiders Mladic en Karadzic en president Milosevic berecht.
Maar dat lukte pas nadat het regime van Milosevic was gevallen. De nieuwe Joegoslavische regering leverde onder druk van de Europese Unie de verdachten uit.
Je zou hier kunnen spreken van een oorlogsmisdaad. Maar dan moet worden aangetoond dat men welbewust driehonderd mensen uit de lucht heeft willen schieten.
Het Internationaal Strafhof, sinds 2002 permanent in Den Haag gevestigd, heeft minder vaak succes gehad. Het strafhof klaagde een groot aantal voormalige en zittende machthebbers van vooral Afrikaanse landen aan, maar tot nu toe werden alleen twee Congolese militieleiders veroordeeld.
Het Strafhof neemt zaken in behandeling die voldoen aan een van drie zware criteria: genocide, oorlogsmisdrijven of misdaden tegen de menselijkheid. Volgens hoogleraar internationaal strafrecht Göran Sluiter zit hier een probleem.
"Je zou hier kunnen spreken van een oorlogsmisdaad. Maar dan moet de opzet worden aangetoond, dat men welbewust driehonderd mensen uit de lucht heeft willen schieten. Dat is in het geval van MH17 niet zo eenvoudig."
Nationale rechtbank
Sluiter pleit voor een nationale rechtbank die opereert met internationale steun. Hij denkt aan het voorbeeld van het Lockerbie-tribunaal, dat in 1999 door de Schotse overheid in Nederland werd opgezet. Dat tribunaal moest de daders berechten van de aanslag op het PanAm-vliegtuig, dat neerstortte in 1988.
Een van de twee verdachten werd uiteindelijk veroordeeld. Zo’n rechtbank moet Nederland ook inrichten voor de MH17-verdachten, meent Sluiter. "Nederland heeft een goed georganiseerde rechtspleging op alle niveaus, ook als het gaat om een eerlijk proces voor de verdachte. Maar dan zullen de overige samenwerkende landen onze rechtsmacht moeten ondersteunen door een verdrag met Nederland."
'Meest efficiënte optie'
Minister Koenders zegt dat hij in overleg is met een aantal betrokken landen, en met de leden van de Veiligheidsraad, over mogelijke berechting. "We zijn nu nog bezig de meest efficiënte optie te vinden voor de berechting, die zo noodzakelijk is voor de mensen die verantwoordelijk zijn voor deze verschrikkelijke ramp."